Club Achter de Duinen

Advertentie

Volg Cadd op X

Volg Cadd op X

Voorspellingen-ranking

Voorspellingen-ranking

ADO-statistieken

ADO-statistieken

Inloggen

Naam / e-mail:
Wachtwoord:

Welkom in de shoutbox, gast

Tag: trainingen

Kies een pagina

Vorige pagina
Pagina 20
Volgende pagina

GroenGeelHart070

Door Martijn Krabbendam INTERVIEW

Hij was ooit Manager of the Year in de Premier League, maakte drie FA Cup-finales mee waarvan twee als trainer, haalde Europees voetbal, promoveerde en degradeerde, maar staat nu voor de grootste uitdaging in zijn carrière: ADO Den Haag voor de Eredivisie zien te behouden. Alan Pardew (5 heeft geen spijt, maar verbaast zich wel. Dit is zíjn kant van het verhaal.

In Hotel Des Indes wordt er thee geschonken, natuurlijk. English breakfast, met een scheutje melk. Alan Pardew lacht. Waar ter wereld ook, je kunt de tradities nooit helemaal uit een Engelsman halen. Sting zong ooit over de heimwee van een onbegrepen Englishman in New York, Pardew is er één in Den Haag.

`Vanaf dag één heb ik hier het gevoel gehad dat ik mezelf moest verdedigen. Waarom?`

Bent u een `legal alien`?

Een stilte. `Alleen als ik mijn auto heelhuids door het verkeer probeer te manoeuvreren.`

En dan: `We hebben wel moeten wennen aan elkaar. ADO Den Haag aan mij en andersom. Maar dat ging vrij snel. Waar ik als Engelsman meer moeite mee heb, is de benadering hier. Ik was nog niet begonnen, of ik werd al aangepakt in de kranten en op tv. Vanaf dag één heb ik het gevoel gehad dat ik mezelf moest verdedigen. Dat heeft me verbaasd. Waarom? Ik heb successen gekend en mislukkingen, wie niet in dit leven? Maar het leek wel alsof ik er op voorhand weinig van kon.`

Als Premier League-manager bent u toch wel wat gewend?

`Over mij mogen ze zeggen en schrijven wat ze willen, alleen: waarom al voordat ik was begonnen? Wat mij vooral raakt, is dat de berichtgeving zorgt voor druk op mijn spelers, dat vind ik niet eerlijk. Neem nou die supporters die ineens met een flipover naast het trainingsveld stonden. What the hell! We hadden net een punt gepakt in Heerenveen, gestreden alsof onze levens ervan afhingen, spelers lagen na afloop op de grond zo leeg als ze waren en dan een paar dagen later staan er fans op het veld met een bord om uit te leggen wat er allemaal fout gaat... Dat heeft effect op voetballers, die worden weer het negatieve ingetrokken, nadat ze een resultaat hadden gehaald dat hen vertrouwen had moeten geven. Noem me naïef, maar in Engeland is dat onmogelijk, gebeurt niet. In Nederland schijnen zulke dingen vaker voor te komen. Op zich kan ik daarmee ook nog wel leven en ben ik bereid iedereen uit te leggen waarmee we bezig zijn. Maar maak een afspraak, kies een andere dag. Dit had een negatief effect op de groep.`

Wist u wel waaraan u begon?

`Je moet altijd kijken naar waar een club staat als je aan een klus begint. Ik zag een selectie die niet in balans was, we misten kwaliteit én kwantiteit. De twee beste spelers van de club waren in de zomer verkocht en het kwam erop neer dat we hun vertrek in de winter moesten repareren. Maar die window is daarvoor niet geschikt. Zoiets moet in de zomer gebeuren. De club heeft geprobeerd hen te vervangen met de komst van acht nieuwe spelers, van wie er in september drie in de basis stonden: Luuk Koopmans, Crysencio Summerville en Milan van Ewijk. In de winter vertrokken er zes (Van Ewijk, Robin Polley, Thom Haye, Donny Gorter, Aleksandar Bjelica en Mike Havekotte, red.) Doordat het proces in de zomer was mislukt, moest de club het in januari herhalen. Dus: met minder geld zes spelers vervangen. Wie kan dat? Wat wij hebben gedaan, is heel simpel: pleisters geplakt. Gezocht naar oplossingen voor de korte termijn, om een lange termijn mogelijk te maken.`

De oplossing is dan: acht spelers halen uit voornamelijk lagere Engelse divisies?

`Voordat ik uitleg waarom we dat hebben gedaan, wil ik eerst kwijt dat ik die kritiek in het begin ook niet snapte. Ook nu weer was het allemaal niet goed, voordat we een wedstrijd hadden gespeeld. In Engeland zijn we het station voorbij dat het uitmaakt waar spelers vandaan komen. Ik zorgde ooit zelf voor headlines in de tabloids, door als eerste openlijk Arsène Wenger te bekritiseren vanwege al die buitenlandse voetballers die hij naar Arsenal haalde. Ik vond het nogal wat dat een grote club speelde zonder een Engelsman in de basis. Maar tijden zijn veranderd. Big Time. Later heb ik toegegeven dat het goed is geweest, al die buitenlanders. En niet alleen de spelers, vooral ook de coaches. Wenger, José Mourinho, Jürgen Klopp, Ronald Koeman, Louis van Gaal, Pep Guardiola, nu weer Carlo Ancelotti. Voor ons Engelse managers was dat een leerschool die we zomaar in de schoot geworpen kregen. De buitenlandse coaches deden andere dingen op tactisch vlak, trainden anders dan wij gewend waren, dachten anders over voetbal en alles wat daarbij komt kijken. Wenger was de Franse school, Mourinho introduceerde de Portugese manier van denken. Guardiola bracht zijn eigen filosofie mee, Klopp de pressing. En wij Engelse managers moesten er maar een antwoord op zien te vinden. In plaats het als een bedreiging te zien, begon ik hun komst steeds meer als een blessing te beschouwen.`

U had Nederland wat toleranter verwacht?

`Ja en nee tegelijk. Dit is een vrij tolerant land, maar als ik naar het voetbal kijk, zie ik alleen bij FC Twente een trainer uit Uruguay en bij Heracles Almelo één uit Duitsland. Op dat vlak lijken jullie eerder conservatief. Zodoende wist ik wel dat het voor mij misschien moeilijk kon gaan worden. Als buitenlandse coach heb je minder krediet. Tel daarbij op de situatie waarin ik terechtkwam, met de kans op resultaten die niet meteen goed zouden zijn, en eigenlijk begin je al met een kleine achterstand.`

Wie acht spelers haalt en niet presteert, krijgt kritiek. Zo werkt het toch?

`Ik zou nog uitleggen waarom we deden wat we hebben gedaan. Ik lees die natuurlijk verhalen ook. Waarom haalt Pardew niet drie toppers? Alsof ik dat niet had gewild! Je moet wederom kijken naar de situatie waarin je terechtkomt. Het budget om te repareren was niet groot, maar de nood hoog. Bijna geen enkele positie bij ADO Den Haag was dubbel bezet, blessures zouden al funest zijn. Nou, dan ga je aan de slag. Kon ik spelers uit de Premier League huren? Onmogelijk. Uit de Eredivisie? We hebben het geprobeerd, jongens die bij grote clubs buiten de boot vielen (Yassine Ayoub en Luciano Narsingh, red.). Maar die keken naar de ranglijst en zeiden: “Liever niet”. En dan speelt er nóg iets. Bij West Bromwich Albion ben ik anderhalf jaar geleden ook tussentijds ingestapt. Daar had ik wél een aardig budget tot mijn beschikking en besloot ik dat te spenderen aan de komst van een topspeler, Daniel Sturridge. Wat denk je? Na één wedstrijd raakte hij geblesseerd. Die ervaring nam ik mee naar Den Haag. Stel dat ik twee spelers had gehaald en ze waren geblesseerd geraakt… Dat risico konden we ook niet nemen. We waren als een onderhoudsbedrijf dat een megaklus moest doen, maar met minimaal gereedschap.`

Hebt u niet gewoon het niveau van de Eredivisie onderschat?

`Ik zou zeggen: integendeel, ik ken jullie competitie beter dan iedereen denkt. Als manager van West Ham United kwam ik vaak naar Nederland om te scouten. Ik vond toen al dat jullie hier geweldige aanvallers opleidden. Individueel technisch en tactisch sterke spelers. Sinds ik hier werk, begrijp ik waarom. Jullie spelen dapper voetbal, in verdedigend opzicht veel gedurfder dan veel clubs in de Premier League. Ik heb me afgevraagd hoe dat nou toch kan? Ik denk dat het antwoord schuil gaat in het feit dat op degraderen hier geen straf staat van 105 miljoen pond minder budget, zoals in Engeland het geval is. De kans terug te keren in de Eredivisie is er voor degradanten altijd. Misschien dat die wetenschap de teams hier een wat vrijer gevoel geeft. Want het maakt niet uit tegen wie je speelt. Ajax of Heracles? Ze schuiven allebei hun centrale verdedigers door, de backs staan hoog; ik bewonder dat. Het probleem van ADO Den Haag is juist dat het niveau van deze competitie best hoog is en wij vooral qua individuele technische en tactische kwaliteiten achterlopen bij veel van de clubs om ons heen. Ik wist dat. Ik had ADO tegen Ajax zien spelen voordat ik tekende en dacht: Oh, dear! Wat ik vervolgens heb gedaan, is wat iedere trainer doet als hij ergens begint: proberen wat meer defensieve zekerheid in te bouwen. Misschien heb ik daarmee wel iets van het aanvallende spel weggenomen, onbewust. Dat we te veel de nadruk hebben gelegd op de verdedigende organisatie. Ik durf best te toe te geven dat dát misschien een negatief signaal is geweest, zonder dat het de bedoeling was.`

U hebt veel veranderd, zonder resultaat.

`Dat maakt me volgens mijn nieuwe criticasters ongeorganiseerd en warrig. Ja, ik héb veel veranderd, in de ploeg, in de manier van trainen, in de tijden waarop we trainen. Changes! Maar niet omdat ik dat leuk vind of zo. Bovendien hebben we te maken met blessures. Tom Beugelsdijk is er lang uit geweest, tegen AZ misten we John Goossens, Lex Immers en Dion Malone; dat dwingt ook tot schuiven. Maar in z’n algemeenheid: met de manier waarop het ging, haalde deze club dertien punten in zeventien wedstrijden. Hadden we dan alles bij het oude moeten laten? Als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg.`

Waarom zegt u niet gewoon dat als u de aanvangstijden van trainingen wilt veranderen, er protest uitbreekt omdat sommige medewerkers van de club dan te laat komen bij een amateurclub waar ze ook werkzaam zijn?

`Misschien heb ik dat wel een beetje onderschat, de macht van een manager in Nederland. Geen idee of het typisch ADO Den Haag is, of iets wat geldt voor Nederlanders in het algemeen, maar iets veranderen, dat gaat moeilijk hier. Vinden ze niet leuk. Elke verandering is een soort woohaa. Daarmee wil ik niet zeggen dat ík alles goed heb gedaan, zeker niet. De kritiek die ik kreeg na PSV-thuis (0-3), daarin kon ik me wel vinden. De manier waarop we ze wilden bestrijden, daar sta ik nog steeds achter. Ik heb alleen op sommige posities de verkeerde spelers eraan gekoppeld, jongens die nog niet konden brengen wat we dachten en hoopten. Oké, mijn schuld.`

Wat is de club eigenlijk opgeschoten met de komst van Alan Pardew?

`Het antwoord daarop kun je pas geven na het seizoen. Ondanks al het negativisme rond de club, zie ik iets in mijn groep wat me vertrouwen geeft. Ik zie passie, strijdlust. Ik zie ook dat we volslagen kansloos waren tegen FC Utrecht, PSV en AZ, maar tegelijkertijd dat we thuis van Vitesse en Heracles hadden moeten winnen, dat we hebben gevochten als leeuwen in Heerenveen. Die spirit moeten we gaan omzetten in resultaat, want we zitten nu in een situatie dat het ook nog eens gaat tegenzitten.`

`Dat verontrust me het meest: er is iemand, in dienst van de club, die er genoegen in schept zijn eigen team te schaden`

Bestaat Murphy’s Law?

`Zeker voor clubs in problemen. Neem Heracles-thuis. Eerste helft matig, na rust beter, kansen op de overwinning, maar het blijft 0-0. Even ben je teleurgesteld, maar je denkt: Oké, een punt, na Heerenveen-uit opnieuw niet verloren, kunnen we mee verder. Vervolgens loop je de catacomben in en zie je op televisie de keeper van Vitesse een bal uit zijn handen laten vallen en PEC Zwolle de winnende goal maken, onze concurrent. Is dat dan bad luck? Ik denk het niet. Het is gewoon de situatie waarin we verkeren, dit gebeurt als je onderin staat. Dan krijg je zulke klappen te verwerken, dan wordt er gelekt uit je eigen kleedkamer. Dat verontrust me trouwens nog het meest van alles. Er is dus iemand, in dienst van de club, die er genoegen in schept zijn eigen team te schaden. We vechten voor ons leven, dat is wat we moeten doen, dat is wat ik van mijn spelers vraag. Natuurlijk botst het dan weleens op het trainingsveld, hoort erbij. Maar die ene keer dat het om een Nederlandse en een Engelse jongen ging, kwam het naar buiten. Come on… Iemand gebruikt dit om de club, de spelers, de trainers, de leiding kapot te maken. Dát vind ik oneerlijk. Je mag mij bekritiseren wat je wilt, geen probleem. Ik ben niet naar Den Haag gekomen om de wijsneus uit te hangen, to teach them to suck eggs, om te laten zien dat ik zo goed ben, voor het geld, of wat dan ook. Ik wil alleen maar helpen, met goede intenties. Omdat ik uit ervaring weet dat het ook zó weer anders kan zijn.`

In hoeverre wordt een wederopstanding bepaald door geluk?

`Ik zeg altijd: een manager can fall into luck. Bijvoorbeeld door een speler in te brengen die het totale beeld van een elftal verandert. Ik geef vaak presentaties aan beginnende trainers in Engeland en dan vertel ik het verhaal over Reading, mijn eerste club als manager. Na een paar weken hadden de fans pants day. Ik was net begonnen, dus ik vroeg wat het was. Bleek dat ze van plan waren hun broek uit te trekken en op hun hoofd te zetten. Want het team was pants, zeg maar shit. Dus de volgende zaterdag, inderdaad, al die supporters met broeken op hun hoofd. Daar sta je dan, als beginnend manager. Intussen begonnen we wel wat beter te spelen, maar konden we geen controle krijgen over wedstrijden. Totdat ik op een dag bij de reserves ging kijken. Ze speelden tegen Leyton Orient. Ik zag een middenvelder lopen in die ploeg, een dun, klein mannetje, maar met een geweldig linkerbeen. Nicky Shorey. Hij had wat. We betaalden tienduizend pond, voor een wisselspeler van Leyton, die in de competitie nog onder ons stonden. We kregen vervolgens te maken met blessures en Nicky kwam in de ploeg. We speelden goed, we wonnen. Week erop, hetzelfde verhaal. Week daarna weer. Na twee maanden kreeg ik tijdens de persconferentie een vraag. “Alan, je hebt je stijl van voetballen veranderd. Jullie hebben veel meer controle”. En ik dacht: Ja. Maar dat kwam doordat we die speler van Leyton hadden ingebracht. Hij bleek de passer die we misten, temporiseerde, zette druk, bepaalde het ritme van de wedstrijd. Een speler, een jochie, veranderde onze manier van voetballen. En wie kreeg de credits? Ik. Maar dat was niet helemaal terecht. Ik kocht hem en gaf hem de kans. Maar op het einde was het niet meer dan een beetje geluk dat het zo in elkaar viel en ik bekend kwam te staan als een manager die Reading goed voetbal liet spelen. Het is ook een reden dat ik wissel bij ADO Den Haag. Als het goed valt, kan alles veranderen.`

Geluk kent ook een andere kant.

`Ik had drie keer de FA Cup kunnen winnen; een keer als speler, twee keer als manager. In 2006 had ik die cup al in mijn handen. We speelden met West Ham United de finale tegen Liverpool, totale controle. Een minuut voor tijd 3-2 voor. Ik keek naar Rafael Benítez, de manager van Liverpool en zag berusting in zijn ogen. Hij had zich al neergelegd bij de nederlaag. Tien minuten voor tijd hadden we gewisseld. Mijn assistent zei tegen me: “De enige die nog voor Liverpool kan scoren, is Steven Gerrard”. Was ik het mee eens. Nigel Rio-Coker brachten we in en hij liep Gerrard in de weg, verdedigde hem perfect. Totdat Steven zich een minuut voor tijd helemaal liet uitzakken naar het middenveld. Nigel dacht terecht dat het weinig zin had zo ver mee te lopen. Hij hielp onze laatste lijn met verdedigen. Er was nog maar een minuut te spelen toen de bal voor de voeten viel van Gerrard. De afstand was dertig meter, maar Steven nam die bal half-volley: goal. Geweldig doelpunt, 3-3 en we verloren de penaltyserie. Drie jaar geleden kreeg ik wéér een kans, met Palace tegen het Manchester United van Louis van Gaal. We kwamen 1-0 voor, niks aan de hand, ik maakte van blijdschap nog dat dansje, totdat we vergaten een overtreding te maken op Wayne Rooney: 1-1 en de wedstrijd viel uit onze handen. Normaal is het drie keer scheepsrecht, maar niet voor mij.`

Het irriteert u.

`Ja, natuurlijk. Wat als ik die FA Cup wél een keer had gewonnen? Alles verandert. De beeldvorming, de mindset, dan ben je ineens wél een winnaar, je weet niet hoe je carrière er dan had uitgezien. Ik ben Manager of the Year geweest in de Premier League, we hebben Europees voetbal afgedwongen met Newcastle United, ik ben twee keer gepromoveerd naar de Premier League, maar op mijn cv staat geen echte prijs.`

Handhaven met ADO Den Haag zou zeker nu de allure hebben van een prijs. Hebt u enig idee hoe u de negatieve spiraal nog denkt te kunnen doorbreken?

`Toen ik van Newcastle naar Crystal Palace ging, stond die club ook onderin. Wat je dan zoekt, is a fighting character in je ploeg. De keren dat het me als manager niet lukte uit de problemen te komen, zoals bij Charlton Athletic en vooral West Brom, ontbrak die vechtmentaliteit. Je creëert die door de band tussen je spelers te versterken. Daarom was die aantijging zo kwaadaardig dat het niet klikte tussen de Nederlandse en Engelse jongens, vooral omdat het gewoon niet waar is. Ik zie die mentaliteit juist wél in deze groep. Ze willen, ze vechten, ze doen hun best. Daarmee begint het. Ik kan mijn spelers niks verwijten. We staan verder weg van handhaving dan ik had gedacht, we hangen in de touwen, doordat de prestaties tegenvallen en het ook nog eens niet meezit. Maar als ik naar die gasten kijk, weet ik dat het nog steeds kan. Dat vertel ik ze ook. Het lijkt of iedereen tegen ons is – sommige supporters, de media, de beeldvorming – maar alles kan zó weer anders zijn. Een bal binnenkant-paal, een gelukkige zege, een onterechte penalty. Ik gun het mijn spelers zo, omdat ik zie hoe ze betrokken zijn. Beugelsdijk, Immers, Goossens; ze zijn zó involved, dat het eigenlijk ongezond is. ADO Den Haag, dat zijn zij. Ze voelen die verantwoordelijkheid en tonen dat elke dag. Ik ben van die jongens gaan houden. Ik gun Mohammed Hamdi succes, de hardst werkende directeur die ik heb meegemaakt. Ik gun het Martin Jol, die wat van deze club wil maken. Ik gun die mensen een feest aan het einde van het seizoen, als we ons hebben gehandhaafd in de Eredivisie.`

`ADO Den Haag is de grootste en moeilijkste uitdaging van allemaal`

Hoe verhoudt de uitdaging in Den Haag zich tot alles wat u al hebt meegemaakt in uw loopbaan?

`Dit is de grootste en moeilijkste uitdaging van allemaal. De reden is dat de kwaliteit van dit team niet te vergelijken is met al die andere elftallen die ik heb gecoacht. We moeten zó hard werken om wedstrijden te kunnen winnen, want dat zullen we op basis van teamgeest, karakter en wilskracht voor elkaar moeten zien te krijgen. Ook voor mij is dit een test, als manager, als mens. Sla ik me hier doorheen? Ik ben allang niet meer bezig met mijn cv, wel met mijn ontwikkeling. Als manager evolueer je mee met het voetbal. Dat is het mooie van dit vak. Alex Ferguson vertelde me ooit het verhaal dat hij Roy Keane passeerde. Dat was eigenlijk not done, Keane, grootheid bij Manchester United. Die liet het er dan ook niet bij zitten en klopte op de deur van het kantoor van Ferguson. Alex liet hem binnen en Keane begon meteen. Dat hij teleurgesteld was in Ferguson, dat hij het niet had verwacht. “U bent enorm veranderd, coach”, zei hij. Ferguson keek hem aan en zei: “Ja, ik ben inderdaad veranderd. The game moved on, so I moved on”. Het is de waarheid. Ik ben als trainer óók veranderd. Vroeger was ik keihard tegen spelers, nu kan dat niet meer. Het wordt niet meer geaccepteerd, spelers luisteren niet meer naar je.`

Het vak is moeilijker geworden?

`Ja, veel meer individualistisch. De jonge voetballers van nu zijn bijvoorbeeld visueel ingesteld, dus moet je ze op die manier benaderen, terwijl je bij ADO Den Haag ook een oudere groep hebt die er weer niets van moet weten. Daar een balans in vinden, is lastig. Crysencio Summerville is het voorbeeld van de speler van nu. Zijn objectief: Messi en Ronaldo. Zijn generatie gelooft dat ze dat gaan bereiken, ze zien de leuke dingen van het leven. Het is de taak van een manager ze op te voeden in een moeilijke tijd, want succes komt niet gratis. De voetballers van tegenwoordig noem ik celebrities without fame. Ze worden in deze maatschappij opgevoed als sterren, maar hebben nog niks bereikt. Niemand weet wie ze zijn, maar ze rijden al in de mooiste auto’s en dragen de duurste kleding. Deze generatie hoeft veel minder hard te werken om te kunnen baden in luxe. Oké, zo is de tijd. Als coach moet je dat proberen te begrijpen en een manier te vinden om ze te raken. Dat is dan weer iets wat nooit verandert: trainen gaat altijd om het kunnen bereiken van spelers.`

Wie zich verdiept in uw carrière, ziet een manager van wie het lijkt of hij steeds maar moet vechten voor erkenning.

`Dat is best een goede analyse, zo voelt het wel. Door de jaren heen heb ik steeds goede teams gebouwd, maar nooit de kans gekregen een goed elftal te erven om erop te kunnen voortborduren. Vaak komt de erkenning dan achteraf, zoals de eigenaar van Southampton die me belt om te bedanken voor het fundament dat ik heb gelegd waarop de club zich de laatste tien jaar heeft ontwikkeld tot stabiele factor in de Premier League.`

Hoe verklaart u het dat er geen tussenweg lijkt te bestaan? Je houdt van Alan Pardew of je hebt een hekel aan hem.

‘In mijn drive te winnen, ben ik vaak gebotst. Met andere managers, spelers van tegenstanders. Bij mij is dat all in the game. Ik ben opgegroeid op bouwplaatsen, werkte als glaszetter in Londen en speelde bij een heel rijtje Non-League-clubs. ’s Ochtends om zeven uur stond ik op de bouwplaats, half drie reed ik dan, bijvoorbeeld, drie uur naar Yeovil om twee uurtjes te spelen of te trainen. Daarna de auto in, drie uur terug, diep in de nacht je bed in en om zeven uur weer aan de slag. Heb ik jaren gedaan, totdat ik de kans kreeg prof te worden bij Crystal Palace. Begon ik om tien uur en vier uur later zat mijn werkdag er weer op. Daaraan kon ik niet wennen. Ik gebruikte de tijd die ik over had om beter te worden. Ik was geen grote speler, maar werd zo wel een góéde profvoetballer en later was mijn vechtershart voor veel clubs een reden met me in zee te gaan. Hard werken klopt talent; ik zeg het bij elke club tegen mijn spelers. De uren die je extra investeert, kunnen het verschil maken tussen winnen of verliezen, wel of geen contract, meer of minder geld, glorie, eer… Tussen erin blijven of degraderen. Als Alex Ferguson nou zegt dat Eric Cantona als allerlaatste van het trainingsveld stapte… Welke voorbeelden heb je nodig als speler? Ik heb goede voetballers getraind: Michael Carrick, Teddy Sheringham, Demba Ba, Yohan Cabaye, Jermain Defoe… Al die jongens hadden één overeenkomst: they’ve put in the extra work.’

`Toen ik net bij deze club was, vroeg ik naar de modellen. Er was niks. De filosofie van ADO ligt bij de trainer die er werkt`

Los van hoe alles eindigt, heeft u vast wel een idee over de club ADO Den Haag en hoe de toekomst eruit zou moeten gaan zien.

`Deze club zit in een identiteitscrisis en zal zich moeten afvragen waar ze voor staat. Wat is nou ADO Den Haag? Wat is de cultuur, de speelwijze, de formule? Toen ik hier net was, vroeg ik naar de modellen. Wat is jullie manier van aanvallen en verdedigen? Hoe trainen en coachen jullie dat? Er was niks. Toen ik bij Southampton instapte, waren die modellen er wel. “Dit is Adam Lallana, Alex Oxlade-Chamberlain, coach”. Die laatste was zestien jaar, maar goed genoeg, dus oud genoeg. Dan ben je als club dus voorbereid. Maar de filosofie van ADO ligt bij de trainer die er werkt. Waarom leidt ADO niet genoeg jonge spelers op? Hoe kan dat, voor zo’n grote club? Waarom staat er geen waarde op het veld? Het is een grote zorg. Ik kijk ernaar en denk: ADO Den Haag moet vooruit, maar hoe? We trainen hier in het stadion, op één kunstgrasveld. Dat is op elk hoogste niveau ondenkbaar. Hoe kan ik dan linies trainen? Hoe kan ik jeugdspelers bij de ploeg halen als we bijvoorbeeld standaardsituaties gaan trainen? Ik wist het van tevoren, maar heb het onderschat. En toch heb ik geen seconde spijt gehad van mijn keuze. Ik had nu thuis in Surrey van het leven kunnen genieten. Golfen, tennissen, met de honden wandelen, maar in mij brandt nog steeds een heilig vuur voor voetbal, voor samen het onmogelijke presteren. Dat is wat mij drijft.

Vrijdagavond is het ADO Den Haag tegen Fortuna Sittard. Een wedstrijd van alles of niets.

`Bij winst is het gat vier punten en krijgen we een programma met mogelijkheden. Hoe moeilijk de situatie ook is, hoeveel negativisme er ook mag zijn, ik vertrouw op mijn spelers. They have the fire in their bellies. We zullen er staan.`
0
Woensdag 11 maart 2020 om 22:13 uur

gillah

Alan Pardew: `Ik heb geen seconde spijt gehad van mijn keuze`

Hij was ooit Manager of the Year in de Premier League, maakte drie FA Cup-finales mee waarvan twee als trainer, haalde Europees voetbal, promoveerde en degradeerde, maar staat nu voor de grootste uitdaging in zijn carrière: ADO Den Haag voor de Eredivisie zien te behouden. Alan Pardew (5 heeft geen spijt, maar verbaast zich wel. Dit is zíjn kant van het verhaal.

In Hotel Des Indes wordt er thee geschonken, natuurlijk. English breakfast, met een scheutje melk. Alan Pardew lacht. Waar ter wereld ook, je kunt de tradities nooit helemaal uit een Engelsman halen. Sting zong ooit over de heimwee van een onbegrepen Englishman in New York, Pardew is er één in Den Haag.

`Vanaf dag één heb ik hier het gevoel gehad dat ik mezelf moest verdedigen. Waarom?`

Bent u een `legal alien`?

Een stilte. `Alleen als ik mijn auto heelhuids door het verkeer probeer te manoeuvreren.`

En dan: `We hebben wel moeten wennen aan elkaar. ADO Den Haag aan mij en andersom. Maar dat ging vrij snel. Waar ik als Engelsman meer moeite mee heb, is de benadering hier. Ik was nog niet begonnen, of ik werd al aangepakt in de kranten en op tv. Vanaf dag één heb ik het gevoel gehad dat ik mezelf moest verdedigen. Dat heeft me verbaasd. Waarom? Ik heb successen gekend en mislukkingen, wie niet in dit leven? Maar het leek wel alsof ik er op voorhand weinig van kon.`

Als Premier League-manager bent u toch wel wat gewend?

`Over mij mogen ze zeggen en schrijven wat ze willen, alleen: waarom al voordat ik was begonnen? Wat mij vooral raakt, is dat de berichtgeving zorgt voor druk op mijn spelers, dat vind ik niet eerlijk. Neem nou die supporters die ineens met een flipover naast het trainingsveld stonden. What the hell! We hadden net een punt gepakt in Heerenveen, gestreden alsof onze levens ervan afhingen, spelers lagen na afloop op de grond zo leeg als ze waren en dan een paar dagen later staan er fans op het veld met een bord om uit te leggen wat er allemaal fout gaat... Dat heeft effect op voetballers, die worden weer het negatieve ingetrokken, nadat ze een resultaat hadden gehaald dat hen vertrouwen had moeten geven. Noem me naïef, maar in Engeland is dat onmogelijk, gebeurt niet. In Nederland schijnen zulke dingen vaker voor te komen. Op zich kan ik daarmee ook nog wel leven en ben ik bereid iedereen uit te leggen waarmee we bezig zijn. Maar maak een afspraak, kies een andere dag. Dit had een negatief effect op de groep.`

Wist u wel waaraan u begon?

`Je moet altijd kijken naar waar een club staat als je aan een klus begint. Ik zag een selectie die niet in balans was, we misten kwaliteit én kwantiteit. De twee beste spelers van de club waren in de zomer verkocht en het kwam erop neer dat we hun vertrek in de winter moesten repareren. Maar die window is daarvoor niet geschikt. Zoiets moet in de zomer gebeuren. De club heeft geprobeerd hen te vervangen met de komst van acht nieuwe spelers, van wie er in september drie in de basis stonden: Luuk Koopmans, Crysencio Summerville en Milan van Ewijk. In de winter vertrokken er zes (Van Ewijk, Robin Polley, Thom Haye, Donny Gorter, Aleksandar Bjelica en Mike Havekotte, red.) Doordat het proces in de zomer was mislukt, moest de club het in januari herhalen. Dus: met minder geld zes spelers vervangen. Wie kan dat? Wat wij hebben gedaan, is heel simpel: pleisters geplakt. Gezocht naar oplossingen voor de korte termijn, om een lange termijn mogelijk te maken.`

De oplossing is dan: acht spelers halen uit voornamelijk lagere Engelse divisies?

`Voordat ik uitleg waarom we dat hebben gedaan, wil ik eerst kwijt dat ik die kritiek in het begin ook niet snapte. Ook nu weer was het allemaal niet goed, voordat we een wedstrijd hadden gespeeld. In Engeland zijn we het station voorbij dat het uitmaakt waar spelers vandaan komen. Ik zorgde ooit zelf voor headlines in de tabloids, door als eerste openlijk Arsène Wenger te bekritiseren vanwege al die buitenlandse voetballers die hij naar Arsenal haalde. Ik vond het nogal wat dat een grote club speelde zonder een Engelsman in de basis. Maar tijden zijn veranderd. Big Time. Later heb ik toegegeven dat het goed is geweest, al die buitenlanders. En niet alleen de spelers, vooral ook de coaches. Wenger, José Mourinho, Jürgen Klopp, Ronald Koeman, Louis van Gaal, Pep Guardiola, nu weer Carlo Ancelotti. Voor ons Engelse managers was dat een leerschool die we zomaar in de schoot geworpen kregen. De buitenlandse coaches deden andere dingen op tactisch vlak, trainden anders dan wij gewend waren, dachten anders over voetbal en alles wat daarbij komt kijken. Wenger was de Franse school, Mourinho introduceerde de Portugese manier van denken. Guardiola bracht zijn eigen filosofie mee, Klopp de pressing. En wij Engelse managers moesten er maar een antwoord op zien te vinden. In plaats het als een bedreiging te zien, begon ik hun komst steeds meer als een blessing te beschouwen.`

U had Nederland wat toleranter verwacht?

`Ja en nee tegelijk. Dit is een vrij tolerant land, maar als ik naar het voetbal kijk, zie ik alleen bij FC Twente een trainer uit Uruguay en bij Heracles Almelo één uit Duitsland. Op dat vlak lijken jullie eerder conservatief. Zodoende wist ik wel dat het voor mij misschien moeilijk kon gaan worden. Als buitenlandse coach heb je minder krediet. Tel daarbij op de situatie waarin ik terechtkwam, met de kans op resultaten die niet meteen goed zouden zijn, en eigenlijk begin je al met een kleine achterstand.`

Wie acht spelers haalt en niet presteert, krijgt kritiek. Zo werkt het toch?

`Ik zou nog uitleggen waarom we deden wat we hebben gedaan. Ik lees die natuurlijk verhalen ook. Waarom haalt Pardew niet drie toppers? Alsof ik dat niet had gewild! Je moet wederom kijken naar de situatie waarin je terechtkomt. Het budget om te repareren was niet groot, maar de nood hoog. Bijna geen enkele positie bij ADO Den Haag was dubbel bezet, blessures zouden al funest zijn. Nou, dan ga je aan de slag. Kon ik spelers uit de Premier League huren? Onmogelijk. Uit de Eredivisie? We hebben het geprobeerd, jongens die bij grote clubs buiten de boot vielen (Yassine Ayoub en Luciano Narsingh, red.). Maar die keken naar de ranglijst en zeiden: “Liever niet”. En dan speelt er nóg iets. Bij West Bromwich Albion ben ik anderhalf jaar geleden ook tussentijds ingestapt. Daar had ik wél een aardig budget tot mijn beschikking en besloot ik dat te spenderen aan de komst van een topspeler, Daniel Sturridge. Wat denk je? Na één wedstrijd raakte hij geblesseerd. Die ervaring nam ik mee naar Den Haag. Stel dat ik twee spelers had gehaald en ze waren geblesseerd geraakt… Dat risico konden we ook niet nemen. We waren als een onderhoudsbedrijf dat een megaklus moest doen, maar met minimaal gereedschap.`

Tom Beugelsdijk en Sam Stubbs stuiten eendrachtig AZ-spits Myron Boadu.
© PRO SHOTS/TOON DOMPELING
Tom Beugelsdijk en Sam Stubbs stuiten eendrachtig AZ-spits Myron Boadu.
Hebt u niet gewoon het niveau van de Eredivisie onderschat?

`Ik zou zeggen: integendeel, ik ken jullie competitie beter dan iedereen denkt. Als manager van West Ham United kwam ik vaak naar Nederland om te scouten. Ik vond toen al dat jullie hier geweldige aanvallers opleidden. Individueel technisch en tactisch sterke spelers. Sinds ik hier werk, begrijp ik waarom. Jullie spelen dapper voetbal, in verdedigend opzicht veel gedurfder dan veel clubs in de Premier League. Ik heb me afgevraagd hoe dat nou toch kan? Ik denk dat het antwoord schuil gaat in het feit dat op degraderen hier geen straf staat van 105 miljoen pond minder budget, zoals in Engeland het geval is. De kans terug te keren in de Eredivisie is er voor degradanten altijd. Misschien dat die wetenschap de teams hier een wat vrijer gevoel geeft. Want het maakt niet uit tegen wie je speelt. Ajax of Heracles? Ze schuiven allebei hun centrale verdedigers door, de backs staan hoog; ik bewonder dat. Het probleem van ADO Den Haag is juist dat het niveau van deze competitie best hoog is en wij vooral qua individuele technische en tactische kwaliteiten achterlopen bij veel van de clubs om ons heen. Ik wist dat. Ik had ADO tegen Ajax zien spelen voordat ik tekende en dacht: Oh, dear! Wat ik vervolgens heb gedaan, is wat iedere trainer doet als hij ergens begint: proberen wat meer defensieve zekerheid in te bouwen. Misschien heb ik daarmee wel iets van het aanvallende spel weggenomen, onbewust. Dat we te veel de nadruk hebben gelegd op de verdedigende organisatie. Ik durf best te toe te geven dat dát misschien een negatief signaal is geweest, zonder dat het de bedoeling was.`

U hebt veel veranderd, zonder resultaat.

`Dat maakt me volgens mijn nieuwe criticasters ongeorganiseerd en warrig. Ja, ik héb veel veranderd, in de ploeg, in de manier van trainen, in de tijden waarop we trainen. Changes! Maar niet omdat ik dat leuk vind of zo. Bovendien hebben we te maken met blessures. Tom Beugelsdijk is er lang uit geweest, tegen AZ misten we John Goossens, Lex Immers en Dion Malone; dat dwingt ook tot schuiven. Maar in z’n algemeenheid: met de manier waarop het ging, haalde deze club dertien punten in zeventien wedstrijden. Hadden we dan alles bij het oude moeten laten? Als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg.`

Waarom zegt u niet gewoon dat als u de aanvangstijden van trainingen wilt veranderen, er protest uitbreekt omdat sommige medewerkers van de club dan te laat komen bij een amateurclub waar ze ook werkzaam zijn?

`Misschien heb ik dat wel een beetje onderschat, de macht van een manager in Nederland. Geen idee of het typisch ADO Den Haag is, of iets wat geldt voor Nederlanders in het algemeen, maar iets veranderen, dat gaat moeilijk hier. Vinden ze niet leuk. Elke verandering is een soort woohaa. Daarmee wil ik niet zeggen dat ík alles goed heb gedaan, zeker niet. De kritiek die ik kreeg na PSV-thuis (0-3), daarin kon ik me wel vinden. De manier waarop we ze wilden bestrijden, daar sta ik nog steeds achter. Ik heb alleen op sommige posities de verkeerde spelers eraan gekoppeld, jongens die nog niet konden brengen wat we dachten en hoopten. Oké, mijn schuld.`

Wat is de club eigenlijk opgeschoten met de komst van Alan Pardew?

`Het antwoord daarop kun je pas geven na het seizoen. Ondanks al het negativisme rond de club, zie ik iets in mijn groep wat me vertrouwen geeft. Ik zie passie, strijdlust. Ik zie ook dat we volslagen kansloos waren tegen FC Utrecht, PSV en AZ, maar tegelijkertijd dat we thuis van Vitesse en Heracles hadden moeten winnen, dat we hebben gevochten als leeuwen in Heerenveen. Die spirit moeten we gaan omzetten in resultaat, want we zitten nu in een situatie dat het ook nog eens gaat tegenzitten.`

`Dat verontrust me het meest: er is iemand, in dienst van de club, die er genoegen in schept zijn eigen team te schaden`

Bestaat Murphy’s Law?

`Zeker voor clubs in problemen. Neem Heracles-thuis. Eerste helft matig, na rust beter, kansen op de overwinning, maar het blijft 0-0. Even ben je teleurgesteld, maar je denkt: Oké, een punt, na Heerenveen-uit opnieuw niet verloren, kunnen we mee verder. Vervolgens loop je de catacomben in en zie je op televisie de keeper van Vitesse een bal uit zijn handen laten vallen en PEC Zwolle de winnende goal maken, onze concurrent. Is dat dan bad luck? Ik denk het niet. Het is gewoon de situatie waarin we verkeren, dit gebeurt als je onderin staat. Dan krijg je zulke klappen te verwerken, dan wordt er gelekt uit je eigen kleedkamer. Dat verontrust me trouwens nog het meest van alles. Er is dus iemand, in dienst van de club, die er genoegen in schept zijn eigen team te schaden. We vechten voor ons leven, dat is wat we moeten doen, dat is wat ik van mijn spelers vraag. Natuurlijk botst het dan weleens op het trainingsveld, hoort erbij. Maar die ene keer dat het om een Nederlandse en een Engelse jongen ging, kwam het naar buiten. Come on… Iemand gebruikt dit om de club, de spelers, de trainers, de leiding kapot te maken. Dát vind ik oneerlijk. Je mag mij bekritiseren wat je wilt, geen probleem. Ik ben niet naar Den Haag gekomen om de wijsneus uit te hangen, to teach them to suck eggs, om te laten zien dat ik zo goed ben, voor het geld, of wat dan ook. Ik wil alleen maar helpen, met goede intenties. Omdat ik uit ervaring weet dat het ook zó weer anders kan zijn.`

In hoeverre wordt een wederopstanding bepaald door geluk?

`Ik zeg altijd: een manager can fall into luck. Bijvoorbeeld door een speler in te brengen die het totale beeld van een elftal verandert. Ik geef vaak presentaties aan beginnende trainers in Engeland en dan vertel ik het verhaal over Reading, mijn eerste club als manager. Na een paar weken hadden de fans pants day. Ik was net begonnen, dus ik vroeg wat het was. Bleek dat ze van plan waren hun broek uit te trekken en op hun hoofd te zetten. Want het team was pants, zeg maar shit. Dus de volgende zaterdag, inderdaad, al die supporters met broeken op hun hoofd. Daar sta je dan, als beginnend manager. Intussen begonnen we wel wat beter te spelen, maar konden we geen controle krijgen over wedstrijden. Totdat ik op een dag bij de reserves ging kijken. Ze speelden tegen Leyton Orient. Ik zag een middenvelder lopen in die ploeg, een dun, klein mannetje, maar met een geweldig linkerbeen. Nicky Shorey. Hij had wat. We betaalden tienduizend pond, voor een wisselspeler van Leyton, die in de competitie nog onder ons stonden. We kregen vervolgens te maken met blessures en Nicky kwam in de ploeg. We speelden goed, we wonnen. Week erop, hetzelfde verhaal. Week daarna weer. Na twee maanden kreeg ik tijdens de persconferentie een vraag. “Alan, je hebt je stijl van voetballen veranderd. Jullie hebben veel meer controle”. En ik dacht: Ja. Maar dat kwam doordat we die speler van Leyton hadden ingebracht. Hij bleek de passer die we misten, temporiseerde, zette druk, bepaalde het ritme van de wedstrijd. Een speler, een jochie, veranderde onze manier van voetballen. En wie kreeg de credits? Ik. Maar dat was niet helemaal terecht. Ik kocht hem en gaf hem de kans. Maar op het einde was het niet meer dan een beetje geluk dat het zo in elkaar viel en ik bekend kwam te staan als een manager die Reading goed voetbal liet spelen. Het is ook een reden dat ik wissel bij ADO Den Haag. Als het goed valt, kan alles veranderen.`

Manager Alan Pardew leidt zijn Crystal Palace het veld op van Wembley voor de FA Cupfinal in 2016 tegen Manchester United. Rechts zijn collega Louis van Gaal.
© PRO SHOTS
Manager Alan Pardew leidt zijn Crystal Palace het veld op van Wembley voor de FA Cupfinal in 2016 tegen Manchester United. Rechts zijn collega Louis van Gaal.
Geluk kent ook een andere kant.

`Ik had drie keer de FA Cup kunnen winnen; een keer als speler, twee keer als manager. In 2006 had ik die cup al in mijn handen. We speelden met West Ham United de finale tegen Liverpool, totale controle. Een minuut voor tijd 3-2 voor. Ik keek naar Rafael Benítez, de manager van Liverpool en zag berusting in zijn ogen. Hij had zich al neergelegd bij de nederlaag. Tien minuten voor tijd hadden we gewisseld. Mijn assistent zei tegen me: “De enige die nog voor Liverpool kan scoren, is Steven Gerrard”. Was ik het mee eens. Nigel Rio-Coker brachten we in en hij liep Gerrard in de weg, verdedigde hem perfect. Totdat Steven zich een minuut voor tijd helemaal liet uitzakken naar het middenveld. Nigel dacht terecht dat het weinig zin had zo ver mee te lopen. Hij hielp onze laatste lijn met verdedigen. Er was nog maar een minuut te spelen toen de bal voor de voeten viel van Gerrard. De afstand was dertig meter, maar Steven nam die bal half-volley: goal. Geweldig doelpunt, 3-3 en we verloren de penaltyserie. Drie jaar geleden kreeg ik wéér een kans, met Palace tegen het Manchester United van Louis van Gaal. We kwamen 1-0 voor, niks aan de hand, ik maakte van blijdschap nog dat dansje, totdat we vergaten een overtreding te maken op Wayne Rooney: 1-1 en de wedstrijd viel uit onze handen. Normaal is het drie keer scheepsrecht, maar niet voor mij.`

Het irriteert u.

`Ja, natuurlijk. Wat als ik die FA Cup wél een keer had gewonnen? Alles verandert. De beeldvorming, de mindset, dan ben je ineens wél een winnaar, je weet niet hoe je carrière er dan had uitgezien. Ik ben Manager of the Year geweest in de Premier League, we hebben Europees voetbal afgedwongen met Newcastle United, ik ben twee keer gepromoveerd naar de Premier League, maar op mijn cv staat geen echte prijs.`

Handhaven met ADO Den Haag zou zeker nu de allure hebben van een prijs. Hebt u enig idee hoe u de negatieve spiraal nog denkt te kunnen doorbreken?

`Toen ik van Newcastle naar Crystal Palace ging, stond die club ook onderin. Wat je dan zoekt, is a fighting character in je ploeg. De keren dat het me als manager niet lukte uit de problemen te komen, zoals bij Charlton Athletic en vooral West Brom, ontbrak die vechtmentaliteit. Je creëert die door de band tussen je spelers te versterken. Daarom was die aantijging zo kwaadaardig dat het niet klikte tussen de Nederlandse en Engelse jongens, vooral omdat het gewoon niet waar is. Ik zie die mentaliteit juist wél in deze groep. Ze willen, ze vechten, ze doen hun best. Daarmee begint het. Ik kan mijn spelers niks verwijten. We staan verder weg van handhaving dan ik had gedacht, we hangen in de touwen, doordat de prestaties tegenvallen en het ook nog eens niet meezit. Maar als ik naar die gasten kijk, weet ik dat het nog steeds kan. Dat vertel ik ze ook. Het lijkt of iedereen tegen ons is – sommige supporters, de media, de beeldvorming – maar alles kan zó weer anders zijn. Een bal binnenkant-paal, een gelukkige zege, een onterechte penalty. Ik gun het mijn spelers zo, omdat ik zie hoe ze betrokken zijn. Beugelsdijk, Immers, Goossens; ze zijn zó involved, dat het eigenlijk ongezond is. ADO Den Haag, dat zijn zij. Ze voelen die verantwoordelijkheid en tonen dat elke dag. Ik ben van die jongens gaan houden. Ik gun Mohammed Hamdi succes, de hardst werkende directeur die ik heb meegemaakt. Ik gun het Martin Jol, die wat van deze club wil maken. Ik gun die mensen een feest aan het einde van het seizoen, als we ons hebben gehandhaafd in de Eredivisie.`

`ADO Den Haag is de grootste en moeilijkste uitdaging van allemaal`

Hoe verhoudt de uitdaging in Den Haag zich tot alles wat u al hebt meegemaakt in uw loopbaan?

`Dit is de grootste en moeilijkste uitdaging van allemaal. De reden is dat de kwaliteit van dit team niet te vergelijken is met al die andere elftallen die ik heb gecoacht. We moeten zó hard werken om wedstrijden te kunnen winnen, want dat zullen we op basis van teamgeest, karakter en wilskracht voor elkaar moeten zien te krijgen. Ook voor mij is dit een test, als manager, als mens. Sla ik me hier doorheen? Ik ben allang niet meer bezig met mijn cv, wel met mijn ontwikkeling. Als manager evolueer je mee met het voetbal. Dat is het mooie van dit vak. Alex Ferguson vertelde me ooit het verhaal dat hij Roy Keane passeerde. Dat was eigenlijk not done, Keane, grootheid bij Manchester United. Die liet het er dan ook niet bij zitten en klopte op de deur van het kantoor van Ferguson. Alex liet hem binnen en Keane begon meteen. Dat hij teleurgesteld was in Ferguson, dat hij het niet had verwacht. “U bent enorm veranderd, coach”, zei hij. Ferguson keek hem aan en zei: “Ja, ik ben inderdaad veranderd. The game moved on, so I moved on”. Het is de waarheid. Ik ben als trainer óók veranderd. Vroeger was ik keihard tegen spelers, nu kan dat niet meer. Het wordt niet meer geaccepteerd, spelers luisteren niet meer naar je.`

Met Crysencio Summerville na diens wissel tegen AZ. 'Hij is het voorbeeld van de speler van nu. Zijn objectief: Messi en Ronaldo.'
© PRO SHOTS/TOON DOMPELING
Met Crysencio Summerville na diens wissel tegen AZ. `Hij is het voorbeeld van de speler van nu. Zijn objectief: Messi en Ronaldo.`
Het vak is moeilijker geworden?

`Ja, veel meer individualistisch. De jonge voetballers van nu zijn bijvoorbeeld visueel ingesteld, dus moet je ze op die manier benaderen, terwijl je bij ADO Den Haag ook een oudere groep hebt die er weer niets van moet weten. Daar een balans in vinden, is lastig. Crysencio Summerville is het voorbeeld van de speler van nu. Zijn objectief: Messi en Ronaldo. Zijn generatie gelooft dat ze dat gaan bereiken, ze zien de leuke dingen van het leven. Het is de taak van een manager ze op te voeden in een moeilijke tijd, want succes komt niet gratis. De voetballers van tegenwoordig noem ik celebrities without fame. Ze worden in deze maatschappij opgevoed als sterren, maar hebben nog niks bereikt. Niemand weet wie ze zijn, maar ze rijden al in de mooiste auto’s en dragen de duurste kleding. Deze generatie hoeft veel minder hard te werken om te kunnen baden in luxe. Oké, zo is de tijd. Als coach moet je dat proberen te begrijpen en een manier te vinden om ze te raken. Dat is dan weer iets wat nooit verandert: trainen gaat altijd om het kunnen bereiken van spelers.`

Wie zich verdiept in uw carrière, ziet een manager van wie het lijkt of hij steeds maar moet vechten voor erkenning.

`Dat is best een goede analyse, zo voelt het wel. Door de jaren heen heb ik steeds goede teams gebouwd, maar nooit de kans gekregen een goed elftal te erven om erop te kunnen voortborduren. Vaak komt de erkenning dan achteraf, zoals de eigenaar van Southampton die me belt om te bedanken voor het fundament dat ik heb gelegd waarop de club zich de laatste tien jaar heeft ontwikkeld tot stabiele factor in de Premier League.`

Hoe verklaart u het dat er geen tussenweg lijkt te bestaan? Je houdt van Alan Pardew of je hebt een hekel aan hem.

‘In mijn drive te winnen, ben ik vaak gebotst. Met andere managers, spelers van tegenstanders. Bij mij is dat all in the game. Ik ben opgegroeid op bouwplaatsen, werkte als glaszetter in Londen en speelde bij een heel rijtje Non-League-clubs. ’s Ochtends om zeven uur stond ik op de bouwplaats, half drie reed ik dan, bijvoorbeeld, drie uur naar Yeovil om twee uurtjes te spelen of te trainen. Daarna de auto in, drie uur terug, diep in de nacht je bed in en om zeven uur weer aan de slag. Heb ik jaren gedaan, totdat ik de kans kreeg prof te worden bij Crystal Palace. Begon ik om tien uur en vier uur later zat mijn werkdag er weer op. Daaraan kon ik niet wennen. Ik gebruikte de tijd die ik over had om beter te worden. Ik was geen grote speler, maar werd zo wel een góéde profvoetballer en later was mijn vechtershart voor veel clubs een reden met me in zee te gaan. Hard werken klopt talent; ik zeg het bij elke club tegen mijn spelers. De uren die je extra investeert, kunnen het verschil maken tussen winnen of verliezen, wel of geen contract, meer of minder geld, glorie, eer… Tussen erin blijven of degraderen. Als Alex Ferguson nou zegt dat Eric Cantona als allerlaatste van het trainingsveld stapte… Welke voorbeelden heb je nodig als speler? Ik heb goede voetballers getraind: Michael Carrick, Teddy Sheringham, Demba Ba, Yohan Cabaye, Jermain Defoe… Al die jongens hadden één overeenkomst: they’ve put in the extra work.’

Alan Pardew als voetballer. Hier heeft hij gescoord namens Crystal Palace.
© PRO SHOTS
Alan Pardew als voetballer. Hier heeft hij gescoord namens Crystal Palace.
`Toen ik net bij deze club was, vroeg ik naar de modellen. Er was niks. De filosofie van ADO ligt bij de trainer die er werkt`

Los van hoe alles eindigt, heeft u vast wel een idee over de club ADO Den Haag en hoe de toekomst eruit zou moeten gaan zien.

`Deze club zit in een identiteitscrisis en zal zich moeten afvragen waar ze voor staat. Wat is nou ADO Den Haag? Wat is de cultuur, de speelwijze, de formule? Toen ik hier net was, vroeg ik naar de modellen. Wat is jullie manier van aanvallen en verdedigen? Hoe trainen en coachen jullie dat? Er was niks. Toen ik bij Southampton instapte, waren die modellen er wel. “Dit is Adam Lallana, Alex Oxlade-Chamberlain, coach”. Die laatste was zestien jaar, maar goed genoeg, dus oud genoeg. Dan ben je als club dus voorbereid. Maar de filosofie van ADO ligt bij de trainer die er werkt. Waarom leidt ADO niet genoeg jonge spelers op? Hoe kan dat, voor zo’n grote club? Waarom staat er geen waarde op het veld? Het is een grote zorg. Ik kijk ernaar en denk: ADO Den Haag moet vooruit, maar hoe? We trainen hier in het stadion, op één kunstgrasveld. Dat is op elk hoogste niveau ondenkbaar. Hoe kan ik dan linies trainen? Hoe kan ik jeugdspelers bij de ploeg halen als we bijvoorbeeld standaardsituaties gaan trainen? Ik wist het van tevoren, maar heb het onderschat. En toch heb ik geen seconde spijt gehad van mijn keuze. Ik had nu thuis in Surrey van het leven kunnen genieten. Golfen, tennissen, met de honden wandelen, maar in mij brandt nog steeds een heilig vuur voor voetbal, voor samen het onmogelijke presteren. Dat is wat mij drijft.

Vrijdagavond is het ADO Den Haag tegen Fortuna Sittard. Een wedstrijd van alles of niets.

`Bij winst is het gat vier punten en krijgen we een programma met mogelijkheden. Hoe moeilijk de situatie ook is, hoeveel negativisme er ook mag zijn, ik vertrouw op mijn spelers. They have the fire in their bellies. We zullen er staan.`

0
Woensdag 11 maart 2020 om 12:20 uur

GroenGeelHart070

Mike schreef:

Volgens mij moet jij op schaken gaan of zoiets. Zitten er bij jou op het werk 12000 man te kijken voor wie jij een betaalde show opvoert? Voetbal is emotie en als dat op een nette manier gebeurt is dat prima.
Voetbal is emotie, voetbal is entertainment. De voetballers worden meer dan riant betaald en als zij steevast niet leveren wat ze moeten, dan mag er best publiekelijk kritiek op volgen. Zolang dit maar beschaafd blijft! Dus supporters die naar trainingen gaan, prima toch, zolang er maar geen dreigende sfeer gaat hangen want dat werkt averechts
0
Donderdag 27 februari 2020 om 08:00 uur

Fokke Zwart

GroenGeelHart070 schreef:

Klopt, maar het vol erop knallen moet helemaal voorin gebeuren. Dáár moeten de fouten bij de tegenstanders afgedwongen worden!
Die handbalformatie op eigen helft zonder snelheid voorin.. het is een wonder dat we 2 doelpunten hebben gemaakt!

............................Koopmans...........................

........Beugelsdijk.......Stubbs.........Pinas............
Malone/Baluta.......................................Meijers

Immers..............Falkenburg............Summerville

..................Van Buuren..........Bogle..................

In deze 5-3-2 alles voorin vast zetten en afjagen met eigen publiek erachter.
Op deze manier kunnen ook reservespelers redelijk op eigen positie invallen indien nodig. Te denken aan bijv. Kramer, Necid, Bakker, Goossens
Baluta is een trage spelverdeler die niet kan verdedigen dus die kan niet rechts in de zone !En van Buuren heeft zowel in wedstrijden als trainingen nul indruk gemaakt .Gaat hem niet worden dus .
0
Maandag 24 februari 2020 om 11:20 uur

Bolskie

Aad schreef:

Pardew nu ontslaan zou inderdaad nog eens onderstrepen dat de paniek bij de club flink is toegeslagen. Ik denk dat dan ook Powell en een aantal Engelse spelers zich solidair zullen verklaren en, hoe weinig toevoegend ik ze ook vind, zijn we weer terug bij af en dat liep ook niet.

Pardew dus blijven maar hoog tijd dat Jol zich WEL met de technische zaken bemoeit en Pardew wat tactische voorlichting geeft en laat zien dat we in Nederland niet achterlijk zijn maar ook Fox, YouTube, etc. hebben.
Denk dat het enige medicijn is door een overwinning te pakken. Geloof niet dat Pardew zich laat technische informeren door jol denk dat zijn ego daar wel te groot voor is. Denk wel dat jol achter de schermen met spelers praat (immers,Meijers, bakker enz) dat ze echt die kar moeten trekken en wat ze brengen veel te weinig is zoals die aangaf in het interview.

Hoop dat het tegendeel wordt bewezen maar geloof eerlijk gezegd niet in die 2 kampen. Hooguit door spelers als hoi of kramer die amper minuten krijgen maar op trainingen kan je dat ook niet afzien.
0
Vrijdag 21 februari 2020 om 12:36 uur

Advertentie

Bolskie

Aad schreef:

Aan de opstellingen te zien en de stomme speelwijze tegen PSV, Vitesse (1e helft), Utrecht en RKC hoeft Heesen niets anders te doen dan aanwezig te zijn.
Geen idee, bij trainingen is het niet zo dat Heesen er maar een beetje bij loopt en alleen pionnen neer zet. Ze hebben toch contact en lopen onderling ook gewoon te lachen en te dollen, wel meer met powell dan Pardew maar goed. Of het iets zegt weet ik niet.

Maar Pardew ontslaan zou toch helemaal wanbeleid zijn. Dan krijg je een nieuwe trainer en dan? Dan zit je met nog steeds de zelfde spelers.
0
Vrijdag 21 februari 2020 om 12:18 uur

Law

Even terug op Schouten. Eind vh seizoen verloren in potentie en marktwaarde een aantal spelers:
Rody de Boer (transfervrij) 22 jaar
Jerdy Schouten (transfervrij) 23 jaar
Aschraf El Mahdioui (Transfervrij; had nog 2 jaar contract) nu 23 jaar
Gervane Kastaneer (transfervrij) 23 jaar

Allemaal 1 juli 2017 vertrokken. Dat is nog geen 3 jaar geleden.

Ok de boer en el mahdioui helaas zwaar geblesseerd geraakt. Maar voor een gezond beleid hadden deze spelers nooit zo de deur uit kunnen en mogen lopen. Dat onder het toeziend oog Fons en Van As. Men koos voor ervaring..
Ik verval in herhaling maar op de trainingen duidelijk te zien dat alle 4 de mannen voor onze begrippen goede basisspelers kunnen zijn. Op 19 jarige/20 jarige leeftijd vertrokken voor €0,-

Met goede begeleiding...speelminuten en een duidelijke toekomst traject hadden we hier veel plezier van kunnen hebben en in ieder geval iets van inkomsten kunnen hebben ten opzichte van €0,-. Doodzonde echt waar. Dit is echt iets wat snel veranderen moet...
0
Maandag 10 februari 2020 om 23:29 uur

Law

Mike schreef:

Klopt, sommige grijpen alles aan om te zeiken op de club. Kapitaal gezeik
In dit geval was en is het blijkbaar een gebrek aan speelminuten geweest. Die kreeg hij niet bij ons en vraag me af of hij deze bij ons het jaar daarna wel zou krijgen. Maar ik moet wel bekennen dat ik in die periode veel trainingen gezien heb en hij was voetballend toch wel de betere in de selectie. Begreep toen al niet waarom hij geen speelminuten kreeg. Zonde was een jongen die heel graag bij ons voetbalde. Heeft toen aanbod gekregen van feijenoord maar bleef liever bij ons.

Rody de Boer uit dezelfde lichting ook te weinig speelminuten bij ons. Ging weg en keepte alles...kwam ook zijn talent naar boven drijven. Zonde dat ie toen op een gegeven moment zwaar geblesseerd raakte.
0
Maandag 10 februari 2020 om 15:35 uur

GroenGeelHart070

LEESVOER:

De ster van Jerdy Schouten (23) is rijzende. Zijn eerste maanden in Bologna waren moeilijk, maar nu baart de middenvelder opzien in de Serie A. Het Italiaanse avontuur van een oer-Hollandse jongen is definitief begonnen

‘Mijn vader is er iedere thuiswedstrijd.’ Schouten zegt het zomaar ineens met een stalen gezicht, ziet de verbaasde reactie en herhaalt zijn uitspraak. ‘Echt, dan blijft-ie bij ons slapen. Hij wil niks missen. Mooi toch?’ Ook Schouten senior heeft moeten wachten op de doorbraak van zoonlief, maar nu is hij ongetwijfeld nog trotser dan hij al was op zijn zoon. Vier duels op rij is Jerdy Schouten inmiddels basisspeler bij Bologna. Via Telstar en Excelsior naar de hoogste Italiaanse divisie. Zeg het hardop en het onwaarschijnlijke verhaal wordt alleen maar onwaarschijnlijker. Maar wie Jerdy Schouten in het rossoblu moeiteloos in een Serie A-wedstrijd ziet meespelen, moet erkennen dat de lovende kritieken in de Italiaanse media niet eens overdreven zijn.

Hij werd niet goed genoeg bevonden bij ADO Den Haag, leefde op sensationele wijze op bij Telstar, veroverde de Eredivisie bij Excelsior, om daarna een megagrote stap voorwaarts te maken. In Bologna transformeert de voormalige lichtgewicht tot een sterke voetballer, van anoniem selectielid met het oog op de toekomst is hij inmiddels basisspeler bij de huidige middenmoter geworden. En de superlatieven dalen op hem neer. De middenvelder verbaast iedereen, behalve zichzelf. ‘Ik wist wel dat ik het kon, anders had ik de stap niet genomen’, luidt een wijsheid van Schouten.

Het klinkt eigenwijs en zelfverzekerd, zo is hij ook wel. Net zoals hij toegeeft dat zijn omgeving hem soms moet corrigeren. ‘Ik dacht dat ik de overstap wel even zou maken, maar zo werkt het niet. Ik ben van nature nogal ongeduldig en eigenwijs, misschien wel té eigenwijs. Gelukkig weet mijn omgeving dat en weten ze dat ik het nodig heb dat ze me realistisch laten denken en duidelijk moeten maken hoe het zit.’

`Nu mocht ik een aantal wedstrijden starten, maar ik weet ook dat er zo weer andere keuzes gemaakt kunnen worden`

Zijn zelfkennis en kritische blik zijn verfrissend in deze verwarrende tijden waarin spelers veelal geen spiegel lijken te hebben. In de thuiswedstrijd tegen het Verona van Soufyan Amrabat zien we Schouten in actie in het shirt van Bologna. Na 69 minuten sloft de Nederlander met rugnummer 30 naar de zijkant. Bologna is met tien man komen te staan na een rode kaart, een defensieve ingreep is verklaarbaar. Zonder Schouten geeft de thuisclub de 1-0 voorsprong uit handen en wordt het 1-1. Een week eerder maakte hij zijn tweede negentig minuten sinds 30 oktober vol tegen Torino, de beloning is een tweede basisplaats op rij. In de eerste negentien wedstrijden in 2019 kwam hij in totaal 192 minuten in actie. En nog 44 minuten in een Coppa Italia-duel. Januari was de maand van de doorbraak in de Serie A voor Schouten. Afgelopen zaterdag tegen Brescia (2-1) kreeg hij zijn vierde basisplaats op rij toebedeeld. Die kon na een overtuigend optreden tegen SPAL ook niet uitblijven. De Italiaanse kranten hadden lovende woorden over voor zijn spel en dat leverde kreten op als Il Gigante, Man of the Match, Il Migliore en Bologna heeft zijn eigen Marten de Roon.

Het is bekend dat Italiaanse sportkranten niet schromen nieuwe helden op het paard te hijsen. Schouten blijft er nuchter onder. ‘Je moet het constant bewijzen en afdwingen, je hebt geen garanties. Nu een aantal wedstrijden mogen starten zie ik als een beloning, maar ik weet ook dat er zo weer andere keuzes gemaakt kunnen worden. Het is aan mij dat te voorkomen. We hebben een grote selectie, de concurrentie is hevig, ik heb nu het vertrouwen gekregen en dat wil ik ook waarmaken. Iedere training en iedere wedstrijd weer. Verslappen kan niet, ik bewijs nu dat mijn keuze de juiste was.’

BRAVOURE
Tegen Verona, waar Bologna aantreedt zonder de geblesseerden Stefano Denswill en Mitchell Dijks, beweegt Schouten centraal op het middenveld als een lightversie van Andrea Pirlo over het gras. De bravoure en lef die hij in Velsen-Zuid en in Kralingen liet zien, zien we deze wedstrijd bij vlagen. In Italië wordt nu eenmaal risicomijdend gedacht, Schouten heeft dat goed begrepen, hoewel hij van nature wat avontuurlijker is ingesteld. Hij lijkt zich soms in te houden, in gedachten wil hij méér, het verstand zegt echter voorzichtig te zijn. Opvallend is dat zijn medespelers hem veelvuldig zoeken. Op een andere manier dan in Nederland, maar ze weten allemaal dat als ze de bal bij dat rossige ventje uit Olanda bezorgen, er daarna geheid een andere ploeggenoot in balbezit komt.

‘Opbouwen zoals in Nederland kennen ze hier niet’, weet Schouten. ‘Dat heen en weer getik in de achterste linie, daar doen ze niet aan. Dat vinden ze zelfs verschrikkelijk. Hier gaat de bal sneller naar voren en kan ik er wat mee doen als de middenvelders ’m hebben. En ik moet meer tackelen, duels aangaan, de fysieke strijd opzoeken. Dat past me prima.’ Stadio Renato Dall’Ara is een prachtig toneel waar hij zijn kunsten mag vertonen. ‘Ik vind het een fantastisch stadion, met een heerlijke grasmat. Ik heb nooit een hekel gehad aan het kunstgras, hoor, ik ben van de kunstgrasgeneratie. Maar deze mat is geweldig.’

De thuishaven ligt drie kilometer buiten het historische stadscentrum. De bus vanaf het treinstation brengt ons naar een idyllische plek, een plaats waar het hart van een voetballiefhebber sneller gaat kloppen. De kolossale kenmerkende toren doemt in de verte op en trekt als een magneet de aandacht. Van dichtbij is het gevoel nog melancholischer. In een wereld waarin moderne stadions tot de verbeelding spreken is deze oude, romantische bak een bijzonder pareltje. Groundhoppers moeten dit stadion hebben gevinkt, anders verdien je de titel groundhopper niet. Schouten wandelt voor het duel met Verona geconcentreerd het veld op. In gedachten, ongetwijfeld vol adrenaline, maar uiterlijk rustig.

‘Eigenlijk besef je de aanwezigheid van al die mensen (de capaciteit bedraagt bijna veertigduizend plaatsen, red.) dan pas. Ik was Telstar en Excelsior gewend als thuisbasis, en met Excelsior natuurlijk ook uitduels in grote stadions. Eenmaal op het veld doet het me niets, dan merk ik het niet. Ik ben met het spel bezig, niet met de entourage. Tijdens de warming-up en bij het veld oplopen kijk ik weleens in de rondte en schiet het soms door me heen dat dit eigenlijk pas mijn derde seizoen in een eerste elftal is. En dan sta je ineens in de Serie A. Zo is het wel.’

ZURE NASMAAK
Dat besef is soms confronterend, maar ook alleszeggend over de voetballerij. Schouten is een voorbeeld van een speler die via een omweg de top aan het halen is. Wie weet wat er nog volgt? Oranje, een stap in Italië, een topclub in Nederland? ‘Daar denk ik nu helemaal niet aan. Ik wil hier slagen, daar werk ik hard voor.’

Het zijn woorden die passen bij Schouten. Logisch gezien zijn vastberadenheid om zijn droom te verwezenlijken. ‘Ik moest weg bij ADO Den Haag en heb mijn pad zorgvuldig gekozen. Eén jaar Telstar maar en slechts één seizoen Excelsior, zo bedenk je het niet, maar zo loopt het. Ik heb wel een zure nasmaak overgehouden aan de degradatie met Excelsior. Ik zie het nog altijd als onnodig, het had niet mogen gebeuren.’

`Het schiet soms door me heen dat dit eigenlijk pas mijn derde seizoen in een eerste elftal is`

Nu speelt hij een paar niveautjes hoger. ‘Ik heb echt heel goed nagedacht of ik dit wilde en ik ben onder de indruk geraakt van het verhaal van Bologna. Als ik eenmaal iets in mijn hoofd heb, ben ik er ook niet meer vanaf te krijgen. Ik heb me verdiept in de stad en de club, heb de taal geleerd en ben daar nog steeds mee bezig. Ik heb er alles aan gedaan om me snel thuis te voelen. Dat is gelukt. Het vertrouwen dat de club in mij uitsprak door me direct een contract voor vijf seizoenen te laten tekenen, voelde heel goed. De mensen die ik hier ontmoette, de stad, de club, het sprak me enorm aan. Als je zo’n keuze maakt, hebben mensen daar een mening over. Vind ik prima, voor mij is belangrijk waarom ik deze stap wil maken, dat ik ervan overtuigd ben dat ik hier een betere speler wordt en dat mijn directe omgeving me steunt. Ik zie mezelf hier een sterkere speler worden, ik merk nu ook dat ik grote stappen maak.’

In Nederland is het Italiaanse avontuur van Schouten nauwelijks nog belicht. ‘Ik heb nog niet zo veel pers gedaan. Eigenlijk alles afgehouden. Bewust ja, eerst maar eens presteren.’ Schouten lacht erbij, hij weet dat hij momenteel hot is in Bologna. We spreken na het duel met Verona af elkaar op dinsdag in het historische centrum van de stad te treffen. Bologna bruist, de stad aan de voet van de Apennijnen is qua inwonertal de zevende van het land en ontwikkelt zich in rap tempo tot een toeristische trekpleister.

De universiteitsstad is het culinaire epicentrum van Noord-Italië. Op de vele pleinen in Bologna is het uitermate goed toeven. De Piazza Maggiore, waar de Sint Petroniusbasiliek inwoners en toeristen begroet, is Italiaanser dan Italiaans en kent vele aangrenzende steegjes. Het zijn schilderachtige straatjes, met piepkleine winkeltjes vol typisch Italiaanse producten, waar Italianen elkaar overenthousiast begroeten. Schouten heeft per app de locatie doorgegeven waar we hem treffen. Het zijstraatje van het grote plein heet de Via Pescherie Vecchie.

STADSLEVEN
Schouten valt direct op met zijn rossige hoofd tussen de over het algemeen donkerharige Italianen als hij het steegje inloopt. Zerocinquantello heet het tentje. Aan een tafeltje bij het raam laten we het Italiaanse stadsleven op een middag in januari aan ons voorbijtrekken. ‘Ik ben een stadsmens, we gaan binnenkort meer in het centrum wonen’, verklapt Schouten. Zijn vriendin is hem gevolgd naar de Italiaanse stad. ‘We waren nog niet eens zo lang samen, ik vind het prachtig dat ze het heeft gedaan. Voor haar was de stap misschien nog wel groter en gedurfder dan voor mij. Ze voelt zich thuis, we trekken veel op met twee Scandinavische spelers die ook hun vriendinnen mee hebben. Ze heeft nu ook een baan gevonden hier.’

Zijn vriendin is momenteel een huis aan het bezichtigen. ‘We hebben een prachtig huis hoor, misschien wel te mooi. Maar het is een stuk buiten het centrum, ik vind het er te rustig. En bovendien kun je niet de stad in met je auto als je er niet woont. Dan moet je aan de rand parkeren en de stad inlopen. Als je in de stad woont krijg je ontheffing.’

Schouten zoekt op de menukaart naar zijn favoriete bestelling. Op het moment dat hij met enige tegenzin besluit voor de bruschetta met mozzarella te gaan, vindt hij waar hij op uit was. ‘Die moeten we hebben, let maar op’, klinkt het. Even later staat er een uitgebreide plank met diverse soorten ham, smeerseltjes, verschillende stukjes kaas en warme broodjes op tafel. Eten en drinken in Italië is altijd een feest.

SPINAZIE
In de stad waar de welbekende bolognesesaus zijn oorsprong kent, is dat niet verwonderlijk. Wandelend door de stad wordt de inwendige mens uitgenodigd zich tegoed te doen aan de vele lekkernijen. ‘Maar ik hou me in’, klinkt het haast verontschuldigend. ‘We koken ook zelf, hoor. Vanavond staat er gewoon spinazie op het menu.’ Het doet denken aan de onthulling die Schouten ooit deed dat hij op de wedstrijddag altijd pannenkoeken eet. Hij bekende dat hij verslaafd is aan die lekkernij. ‘We hebben op de club een kok die alles klaarmaakt wat je wil. Nee, ik heb nog niet om pannenkoeken gevraagd. Ik eet ze wel, ik kan niet zonder. Ze zijn gewoon te koop in de supermarkt en de stroop is meegekomen uit Nederland. Alleen niet op de ochtend voor een wedstrijd, zoals ik altijd deed. We zijn hier met de spelersgroep bij elkaar vanaf een dag voor de wedstrijd. Ik ben nog niet in de positie pannenkoeken te eisen, eerst nog wat meer basisplaatsen.’

Schouten kan rustig in een steegje in Bologna zitten zonder te worden aangeklampt. ‘Dat doen ze heel goed hier. Ze laten je met rust. Ik heb al een aantal keer gemerkt dat ze eigenlijk pas bij het afrekenen iets vragen of tegen je willen zeggen. Ik kende ook de verhalen van voetballers in Italië die door supporters worden aangesproken, maar het is hier gewoon heerlijk relaxed. Heeft ook met de stad en de club te maken. De Amerikaanse eigenaar Joey Saputo is een ontzettend aardige man, ik heb hem wel een aantal keer gesproken. Hij is geen type eigenaar die roekeloos investeert en spelers op naam haalt. Je ziet dat Bologna veel jongere voetballers scout, echt jongens voor de toekomst haalt. En die zullen ze natuurlijk ook ooit weer willen verkopen. Het bevalt me gewoon goed. Hoewel de beginperiode best wennen was.’

`De Italiaanse competitie wordt echt onderschat`

Schouten verwijst naar de eerste maanden. ‘Het was aanpoten. Ik heb trainingssessies meegemaakt waarin we alleen maar een het lopen waren. Bergop, bergaf, sprinten, duurlopen, inhoud kweken. Loeizwaar. Zo leggen ze hier de basis. Dat was een verschil, ja. Wat wij in Nederland doen, is daar helemaal niks bij. Ik had nog nooit zo hard getraind en was blij dat we eindelijk wedstrijden gingen spelen, maar ik was vijf minuten bezig in het eerste oefenduel en ik liep een knieblessure op. Dan word je wel even gek, ja. En nu?, dacht ik direct. Natuurlijk ga je aan je herstel werken en natuurlijk heeft de club me daar geweldig bij geholpen, maar je ziet wel even alles wat je voor ogen had aan je voorbijtrekken. Ik wilde direct indruk maken, me bewijzen. Want ik was maar een speler van een Nederlands clubje, niet iedereen kende me. Ik was nieuwsgierig, maar de mensen hier ook naar mij.’

UITZONDERLIJKE TALENTEN
Schouten moest geduld hebben, dat hij van nature niet heeft. ‘Maar ik snap heus wel hoe het werkt. Ik dacht wel even direct te gaan spelen, omdat ik wil voetballen. Dat is wat ik het liefst doe. Maar zo werkt het niet. Ik moest sterker worden. Ik merkte het ook op trainingen. Ik was toch dat iele mannetje uit Nederland. Vergis je niet, hè, hier ben ik ook gewoon weer een jonge speler. In Nederland is 23 al oud, maar hier begint het dan pas. Kijk hoeveel echt jonge spelers in Italië aan hun wedstrijden komen, dat zijn alleen de uitzonderlijke talenten. Dit is pas mijn derde seizoen als volwaardig profspeler in een eerste team. Eigenlijk heel vreemd. Ik sta er niet eens meer bij stil, maar als je er zo over nadenkt is het best bijzonder.’

Drie jaar echt prof en een vaste waarde in de Serie A. ‘Het voelt alsof het nu allemaal echt begint’, geeft hij toe. ‘Ik ben ook echt sterker geworden, kan het nu langer volhouden. Natuurlijk heb ik moeten wennen. Niet alleen aan de trainingen, ook aan de manier van spelen, aan het leven.’ De stap van Excelsior naar Bologna is in alle opzichten levensgroot, de Serie A is een compleet nieuw podium. ‘Ik denk dat ik in Italië kan groeien, het ligt me wel hoe ze hier denken en doen. De Italiaanse competitie wordt onderschat, dat vind ik echt. Er zitten geen makkelijke wedstrijden bij. Als je in Nederland een kleine nederlaag lijdt tegen Ajax of PSV, kan een trainer zeggen dat hij tevreden is. Dat is hier uitgesloten; met 1-0 verliezen is een nederlaag, het maakt niet of dat tegen Juventus of Inter is of tegen een laag geklasseerde ploeg. Verliezen is verliezen. Die benadering staat me wel aan.’

`Als je het hebt over een mensenleven en de strijd van iemand tegen een ziekte dan is voetbal plotseling slechts een spelletje`

Bologna kent een wisselvallig seizoen. Er zijn redenen aan te voeren, zoals de ziekte van trainer Sinisa Mihajlovic. De vroegere vrijetrappenkoning van de Serie A vecht tegen . Natuurlijk heeft zijn situatie invloed op de selectie. ‘Het is moeilijk aan te geven hoe precies, maar we hebben het erover in de kleedkamer. Iedereen is ermee bezig. Dit raakt je enorm.’

Praten over zijn trainer doet Schouten zichtbaar wat. ‘Het is vreselijk, zo oneerlijk ook. Ik kende hem nog maar pas, maar dit komt aan. Nooit ziek geweest en dan ineens getroffen door die vreselijke ziekte. Een boom van een kerel, oersterk, en dat straalt hij ook echt uit. Hij zou die vrije trappen nog zo graag het doel in jagen. Mihajlovic is fysiek en mentaal beresterk. We zijn bij hem geweest in het ziekenhuis. Direct na een wedstrijd, dat zijn emotionele momenten. Hij wil dolgraag bij ons zijn, helaas kan dat niet altijd, maar dan heeft hij de hulp van goede assistenten. Het is aangrijpend en mooi tegelijk. Als je het hebt over een mensenleven en de strijd van iemand tegen een ziekte, dan is voetbal plotseling slechts een spelletje.’
0
Donderdag 6 februari 2020 om 18:59 uur

grijze gek

zozo, geen besloten trainingen deze week, Pardew heeft het zeker door dat dit geen reet uitmaakt!
0
Woensdag 29 januari 2020 om 11:08 uur

Nu online

hagenees abroad, wiegah070, Marcie, ADOZoetermeer, Marcush, Luc2000, HaagseBlubberPens en 132 gasten.

Zoek in shoutbox

Naam:
Tekst:
Vanaf datum: Verwijder datum Kies een datum
Tot en met datum: Verwijder datum Kies een datum

Kies een pagina

Vorige pagina
Pagina 20
Volgende pagina

Spelersklassement

De top3:
Kilian Nikiema Juho Kilo Matteo Waem

Laatste wedstrijd

Logo FC Eindhoven Logo ADO Den Haag
0-4
1 november 2024

Volgende wedstrijd

Logo ADO Den Haag Logo Vitesse
8 november 2024 om 20:00 uur
Bingoal Stadion

Advertentie

Keuken Kampioen Divisie

1 Helmond Sp. 13 - 27
2 Excelsior 13 - 26
3 Den Bosch + 13 - 25
4 Graafschap 13 - 25
5 FC Volendam 13 - 23
6 FC Dordrecht 13 - 22
7 Telstar 13 - 19
8 SC Cambuur 13 - 19
9 FC Emmen 12 - 18
10 ADO Den Haag 13 - 18
11 Roda JC 13 - 17
12 FC Eindhoven 13 - 15
13 Jong PSV 12 - 14
14 Jong AZ 13 - 14
15 TOP Oss 13 - 13
16 Jong Ajax 13 - 12
17 MVV Maastr. 12 - 11
18 VVV-Venlo 13 - 11
19 Vitesse -6 13 - 6
20 Jong Utrecht 12 - 5