Welkom in de shoutbox, gast
janjazz37
slash070 schreef:
Schijnt dat die gasten in joggingbroek waren en een beetje Engels konden praten tegen Pardew. Hebben allemaal een contract voor de rest van het seizoen aangeboden gekregen.
Schijnt dat die gasten in joggingbroek waren en een beetje Engels konden praten tegen Pardew. Hebben allemaal een contract voor de rest van het seizoen aangeboden gekregen.
Tijdje zonder PC geweest vandaar geen commentaren of zo.
Heb ook bitter weinig te zeggen; weet geen oplossingen, maar wel veel vragen waarop niemand de antwoorden kent.
Heb wel gehoord dat Pardew aan die gasten op de training heeft gevraag of ze de volgende keer ook een paar spitsen mee willen nemen...........
Mis Ooievaar een beetje...........
Heb ook bitter weinig te zeggen; weet geen oplossingen, maar wel veel vragen waarop niemand de antwoorden kent.
Heb wel gehoord dat Pardew aan die gasten op de training heeft gevraag of ze de volgende keer ook een paar spitsen mee willen nemen...........
Mis Ooievaar een beetje...........
0
|
Donderdag 27 februari 2020 om 03:20 uur |
grijze gek
Ik ga er vanuit dat er veel supporters uit laak komen, kent iemand deze laffe boskabouter
Ze lusten dan wel geen varkensvlees, maar dit is een vies varken
https://www.omroepwest.nl/nieuws/4000902/Man-bespuugt-en-slaat-caissiere-als-hij-niet-kan-pinnen-bij-haar-kassa
Ze lusten dan wel geen varkensvlees, maar dit is een vies varken
https://www.omroepwest.nl/nieuws/4000902/Man-bespuugt-en-slaat-caissiere-als-hij-niet-kan-pinnen-bij-haar-kassa
0
|
Dinsdag 25 februari 2020 om 19:28 uur |
Club Achter de Duinen
Nieuwsbericht op Club Achter de Duinen:
Dennis van der Heijden: van Carpi naar Oss
Dennis van der Heijden kent een bijzondere voetbalcarrière.
Lees het nieuwsbericht
Dennis van der Heijden: van Carpi naar Oss
Dennis van der Heijden kent een bijzondere voetbalcarrière.
Lees het nieuwsbericht
0
|
Vrijdag 21 februari 2020 om 18:05 uur |
Sprinkhaan070
Een oudere supporter schreef:
Wat ik niet begrijp.
Pardew heeft (uiteraard) weinig kennis van het Nederlandse voetbal.
Gisteren werd er bij Veronica Inside gesteld dat Pardew bijvoorbeeld niet wist dat Dumfries een opkomende back is en de Engelse trainer daarmee volledig verraste.
Dan vraag ik me af hoe er binnen de technische staf en club met Pardew gecommuniceerd wordt. Heesen weet dat toch wel en het oude groepje spelers. En krijgt hij geen wedstrijden/analyses van tevoren te zien van de desbetreffende clubs?
Wat ik niet begrijp.
Pardew heeft (uiteraard) weinig kennis van het Nederlandse voetbal.
Gisteren werd er bij Veronica Inside gesteld dat Pardew bijvoorbeeld niet wist dat Dumfries een opkomende back is en de Engelse trainer daarmee volledig verraste.
Dan vraag ik me af hoe er binnen de technische staf en club met Pardew gecommuniceerd wordt. Heesen weet dat toch wel en het oude groepje spelers. En krijgt hij geen wedstrijden/analyses van tevoren te zien van de desbetreffende clubs?
Is onzin, hij kent Dumfries heus wel.
0
|
Dinsdag 18 februari 2020 om 22:03 uur |
ADO Zuidplas
DHFC070 schreef:
De verantwoordelijken van dit debacle en dan met Mo en de Engelsen die er net een aantal weken zitten aan komen zetten? Het debacle is het gevolg van jarenlang wanbeleid op allerlei vlakken en in allerlei gelederen. Roep het hier al jaren een tekort op de begroting van 25% en dat jaar op jaar is geen gezonde situatie en dat betaald zich nu uit.
3-2 Zwolle ondertussen.
De verantwoordelijken van dit debacle en dan met Mo en de Engelsen die er net een aantal weken zitten aan komen zetten? Het debacle is het gevolg van jarenlang wanbeleid op allerlei vlakken en in allerlei gelederen. Roep het hier al jaren een tekort op de begroting van 25% en dat jaar op jaar is geen gezonde situatie en dat betaald zich nu uit.
3-2 Zwolle ondertussen.
Wanbeleid de afgelopen jaren.
Zeker en mee eens.
Maar ipv 3 gerichte aankopen door een technisch manager en het vege lijf redden je lot in handen leggen van een Engelsman die de competitie niet kent vind ik een debacle.
We gaan hierdoor geen wedstrijd meer winnen.
Zeker en mee eens.
Maar ipv 3 gerichte aankopen door een technisch manager en het vege lijf redden je lot in handen leggen van een Engelsman die de competitie niet kent vind ik een debacle.
We gaan hierdoor geen wedstrijd meer winnen.
0
|
Zondag 16 februari 2020 om 18:24 uur |
Advertentie
ADO Zuidplas
Met wat voor doel heeft uvs ADO gekocht?
Het antwoord op die vraag is de reden waarom we na 5 jaar afstevenen op een zekere degradatie en wellicht roemloze aftocht in de kkd.
Ze hebben er nooit een grotere club van willen maken.
Sterker nog we waren club nummer 4 of 5 waarbij ze uitkwamen.
De technisch manager ontslaan en de toekomst van de club in handen leggen van een werkloze trainer die de competitie niet kent en 3e rangs Engelse bankzitters is absurd.
Directeur Mo en eigenaar uvs is dit alles aan te rekenen.
De Chinezen snappen helemaal niks van voetbal en al helemaal niet dat voetbal draait om beleving en traditie bij de supporters.
Dit is iets wat inbegrepen is bij de aankoop of zoiets.
Het enige belang dat telt is hun belang uitgevoerd door de grote schoonmaker.
Het zou fijn zijn als we opnieuw kunnen beginnen zonder uvs.
Het antwoord op die vraag is de reden waarom we na 5 jaar afstevenen op een zekere degradatie en wellicht roemloze aftocht in de kkd.
Ze hebben er nooit een grotere club van willen maken.
Sterker nog we waren club nummer 4 of 5 waarbij ze uitkwamen.
De technisch manager ontslaan en de toekomst van de club in handen leggen van een werkloze trainer die de competitie niet kent en 3e rangs Engelse bankzitters is absurd.
Directeur Mo en eigenaar uvs is dit alles aan te rekenen.
De Chinezen snappen helemaal niks van voetbal en al helemaal niet dat voetbal draait om beleving en traditie bij de supporters.
Dit is iets wat inbegrepen is bij de aankoop of zoiets.
Het enige belang dat telt is hun belang uitgevoerd door de grote schoonmaker.
Het zou fijn zijn als we opnieuw kunnen beginnen zonder uvs.
0
|
Zondag 16 februari 2020 om 13:42 uur |
gillah
Aad schreef:
Is er hier nu werkelijk nog 1 shouter die vindt dat we het met Groenendijk en zonder een enkele versterking slechter hadden gedaan?
Is er hier nu werkelijk nog 1 shouter die vindt dat we het met Groenendijk en zonder een enkele versterking slechter hadden gedaan?
Inderdaad. Dit is echt te slecht voor woorden. Acht talentlozen erbij. Een trainer die de competitie niet kent en elke wedstrijd begint met een andere tactiek en andere spelers....
Echt klote dit.
Echt klote dit.
0
|
Zaterdag 15 februari 2020 om 21:52 uur |
pajam
https://www.vi.nl/pro/-ik-wens-geen-enkele-coach-acht-nieuwe-spelers-toe
`Ik wens geen enkele coach acht nieuwe spelers toe`
Bijna een compleet elftal versterkingen bij ADO. Een garantie voor lijfsbehoud is het niet, het is en blijft een gok. Darije Kalezic begroette in januari 2016 eveneens acht nieuwelingen als trainer van Roda JC. ‘In de praktijk is het halen van veel spelers in de winter meer een nadeel dan een voordeel.’
De winterse transferperiode ligt weer achter ons. Vooral ploegen in nood, die in de eerste seizoenshelft met de neus op de feiten zijn gedrukt, hebben zich versterkt. Of beter gezegd: dénken zich te hebben versterkt. Omdat het noodzakelijk is, omdat het de automatische reflex is in een wereld waar resultaat heilig is.
Een reddingsoperatie halverwege het seizoen is zeker niet gedoemd te mislukken: soms lukt het wel, soms ook niet. Er is geen handboek om te volgen en er is überhaupt geen garantie dat het gaat lukken. Alle goede bedoelingen ten spijt, een kwaliteitsinjectie in de winterstop is altijd omgeven met vraagtekens. Eén ding is het in elk geval: een schuldbekentenis.
Clubs die halsoverkop spelers her en der vandaan plukken, hebben hun huiswerk aan het begin van het seizoen niet goed genoeg gedaan. Het is ook niet voor niets dat bij de meeste van die clubs de verantwoordelijken (technisch directeuren en trainers) al zijn geslachtofferd en er sprake is van een nieuwe start.
In Nederland springt de situatie bij ADO Den Haag natuurlijk in het oog. Acht nieuwe spelers, een nagenoeg volledig nieuwe technische staf, jonge talenten verhuurd of terug naar de beloften. Of de nieuwe start ook daadwerkelijk heeft geholpen qua resultaat, is pas achteraf te beoordelen. Niemand zal beweren dat ADO niets had moeten doen. Na twee seizoenen in het linkerrijtje viel het nu gewoon vies tegen. Excuses en oorzaken tellen niet, herbronnen en door was het devies. Of het zo rigoureus moest als nu is gedaan, kun je je afvragen.
‘Drie of vier nieuwe spelers had ik verwacht’, bekende aanvoerder Aaron Meijers. ‘Acht of drie of vier, het maakt mij niet uit’, voegde John Goossens eraan toe. ‘Het gaat maar om één ding: lijfsbehoud.’ Dat laatste is duidelijk. Hoe en met wie doen er niet toe, het Eredivisie-schap is heilig. Wat de toekomst daarna brengt, is letterlijk en figuurlijk van later zorg.
RECORD
Acht nieuwe spelers halen halverwege het seizoen. ADO is natuurlijk niet de eerste club die het doet. In heel Europa slaan de clubs door in het verversen van hun selectie. Wat te denken van Elazigspor, de nummer 17 in de Turkse tweede divisie.
Met 22 (!) nieuwe spelers in de laatste twee uur van de transfermarkt vestigde de Turkse club een record. Twaalf aankopen en tien huurlingen moeten Elazigspor aan lijfsbehoud helpen. In Nederland kennen we de laatste jaren ook de voorbeelden. Het bekendste is misschien wel Roda JC. De seizoenen 2015/16 en 2016/17 zorgden bij die club voor in totaal zeventien winterse transferdeals. Wie herinnert zich niet de aanwinst (slechts 144 minuten in zes duels) Beni Badibanga, die bij zijn eerste interview in Kerkrade liet blijken niet te weten waar hij beland was.
Het tussentijds halen van veel spelers roept veel vragen op. Is het paniek of een weldoordracht reddingsplan? Is het noodzakelijk of wenselijk? Gaat het alleen om de korte termijn of moet je verder kijken? Hoe gaat een trainer om met die nieuwelingen? Hoe reageren de al aanwezige selectiespelers op de nieuwe gezichten in de kleedkamer? Moet je het als trainer willen? Wat doet het met de sfeer en de chemie in een groep? Vragen zonder eenduidig antwoord, maar die we wel kunnen toetsen bij iemand die van diverse kanten deze materie heeft ondervonden.
Darije Kalezic geldt als ervaringsdeskundige. De in Zwitserland geboren Bosniër maakte als speler van De Graafschap mee dat er een bataljon nieuwe voetballers arriveerde in januari en kreeg als trainer van Roda JC een achttal verse krachten tot zijn beschikking om degradatie te voorkomen. ‘Het is een hels karwei om het met acht nieuwe spelers voor elkaar te krijgen’, luidt zijn conclusie. ‘Dat wens ik geen enkele coach toe.’
Kalezic, wiens laatste trainersjob bij PSM Makassar in Indonesië ten einde kwam in december vorig jaar, neemt uitgebreid de tijd om zijn ervaringen te delen. Nadat we hem hebben gesproken, appt hij nog even. ‘Waar wij het net over gehad hebben, is een waanzinnig interessant onderwerp. Heel veel voetbalkenners hebben geen flauw idee wat het betekent’, luidt zijn boodschap. Als we nog twijfelden of we de juiste persoon te pakken hadden om de problematiek te duiden, dan zijn die vraagtekens nu volledig weggenomen.
EIGENBELANG
De aanleiding om dieper in te gaan op het tussentijds halen van veel nieuwe spelers lag dus in Den Haag. Acht stuks haalde de Residentieclub in januari binnen. Met vier punten uit de eerste drie duels onder de Engelse manager Alan Pardew is een oordeel moeilijk te geven. Dat het voetbal er niet uitziet, is duidelijk, dat dat ook geen doel op zich is net zo. Pardew komt om te overleven, hóé maakt niet uit. De start noemen we weifelend, dat de concurrentie boven ADO Den Haag punten sprokkelt, maakt een vlotte verbetering op vele fronten noodzakelijk.
Kalezic duidt de situatie van een club in degradatienood als volgt. ‘Als je speelt om niet te degraderen, dan moet je als coach zorgen dat de spelers met elkaar bereid zijn diep te gaan, met elkaar voor elk duel willen vechten en het elkaar gunnen uit te blinken. Eigenbelang is ondergeschikt. De staf moet dat kunnen ondersteunen en bewaken en de technisch directeur en het bestuur moeten dat begrijpen. Tussen winterse aankopen – voor de korte termijn – zit een redelijk hoog percentage paniekaankopen en dat werkt vanzelfsprekend tegen het beleid dat zulke clubs op dat moment nodig hebben. Als er winterse aankopen komen, begin je als coach opnieuw, maar heb je nog maar de helft van de tijd.’
De uitleg van Kalezic is glashelder. Door schade en schande wijs geworden in het vak. Van de acht nieuwe Haagse krachten (Sam Stubbs, Laurens De Bock, George Thomas, Mick van Buren, Jordan Spence, Tudor Baluta, Omar Bogle en Mike Duffy) laat centrale verdediger Stubbs zich het meest gelden. Over de anderen is het nog lastig oordelen. Thomas lijkt een speler met een idee, Baluta is talentvol maar jong, Van Buren een harde werker, De Bock overtuigt nog niet, Spence is een breedteversterking en Duffy en Bogle hebben we nog niet in actie gezien, maar moeten voor de broodnodige impulsen voorin zorgen.
Pardew deelde vorige week al zijn visie op de versterkingen. ‘We hebben nu een volwassen selectie, we hebben diepte in de groep. Denk niet dat deze acht allemaal tegelijk gaan spelen, maar ze geven ons meer mogelijkheden. Ze begrijpen wat ik wil, ze zijn hier om de club te helpen. Natuurlijk had ik liever twee of drie echt goede spelers gehaald, maar dat bleek niet haalbaar.’ De handelwijze van ADO kun je het best bestempelen als niet gericht schieten, maar in het luchtledige met hagel. Dan valt er weleens een prooi uit de lucht.
Kalezic slaagde in zijn missie bij Roda JC. In het seizoen 2015/16 loodste hij de Limburgers naar de veertiende plaats. Yannis Anastasiou eindigde een seizoen later met negen winterse versterkingen als zeventiende en moest vlak voor de finale van de play-offs tegen aartsrivaal MVV Maastricht plaatsmaken. Roda handhaafde zich ternauwernood. Dick Advocaat, die zes nieuwe spelers naar Sparta haalde, lukte het niet.
‘Dat zegt eigenlijk al voldoende’, vindt Kalezic. ‘Als zelfs Advocaat het niet voor elkaar krijgt… Bij hem vergeleken ben ik een kleine jongen, ik heb alleen maar respect voor die man. Hij kreeg met Fred Friday, Michiel Kramer en Dabney dos Santos drie aanvallers erbij en nóg lukte het niet. Dan kun je nog zo veel kennis en ervaring hebben, op bepaalde zaken heb je geen grip. Het is heel moeilijk alles in elkaar te laten vallen.’
Bij zowel Roda als Sparta betrof het overigens veelal huurlingen die met hun ziel onder de arm rondliepen en hun eigenbelang boven dat van de club plaatsten. Een kansloze combinatie voor een ploeg in degradatienood, een hopeloze taak voor een trainer om daar het optimale rendement uit te halen. Kalezic kan maar één conclusie trekken. ‘Acht nieuwe spelers halen is gewoon risicovol, zelfs als je ze kent. Er is geen garantie, het kost tijd en energie.’
ACHTERSTAND
De Bosniër grijpt terug naar zijn verleden als voetballer om zijn eerste ervaring op dit gebied te delen. ‘Ik heb als speler roerige tijden meegemaakt bij De Graafschap. Ik dacht altijd al als coach en wat me daar opviel, was dat er aan het begin van een seizoen nooit iets kon en in januari plotseling veel nieuwe spelers gehaald konden worden. Herstellen van niet geleverd werk, noem ik dat altijd. In mijn beleving was dat een van de redenen waarom het altijd zo rumoerig was. Uit pure paniek handelen was het. Als het vuur onder de voeten te heet werd, was er ineens van alles mogelijk.’
Kalezic nam zich in die tijd iets voor wat hij later in de praktijk wilde brengen. ‘Toen ik hoofdcoach werd van De Graafschap, heb ik de clubleiding verzocht vóór het seizoen een selectie samen te stellen waarmee ik aan de slag kon. Ik wilde geen versterkingen in januari. Als trainer wil je met een groep ergens naartoe werken. Je hebt een visie, een vertrekpunt en ook een eindpunt in gedachten. De inzichten verkrijg je op basis van het kennen van je spelers, maar ook door het kennen van de cultuur en je tegenstanders. Spelers die halverwege binnenkomen, hebben op vele fronten een achterstand, ook op dát gebied. Dat kun je er niet bij hebben, want je moet spelers hebben die je elftal direct sterker maken.’
‘Het aantrekken van buitenlandse spelers die de competitie niet kennen, is een groot risico’, vervolgt Kalezic. Hij voegt er direct aan toe dat de situatie bij ADO moeilijk te vergelijken is. ‘Die verschilt eigenlijk in tachtig procent van wat ik net vertelde. Daar is een geheel nieuwe situatie met een buitenlandse coach die zelf de competitie en de cultuur in Nederland niet kent. En die van de club alle vrijheid heeft gekregen het naar eigen inzicht in te vullen. Dat zegt iets over de visie van de club, maar dat is een keuze. Het gaat alleen om handhaven, verder wordt er nog niet gekeken.’
‘Hij komt voor een half jaar en heeft een opdracht. Dat hij dan spelers haalt die zijn visie begrijpen, snap ik wel. Al moet dat ook wel blijken. Het zou het makkelijker moeten maken voor hem, een buitenlandse coach heeft meer baat bij spelers die hem snappen. De tijd die hij moet investeren om Nederlandse spelers mee te krijgen in zijn manier van denken, heeft-ie niet.’
`ADO is een geval op zich. Die nuance moet ik zeker aanbrengen. Daar zijn ze echt opnieuw begonnen. Zonder garantie dat het goedkomt. Ik hoop het voor ze, als ze de coach maar wel dit halve seizoen laten zitten, ook als de start onverhoopt tegenvalt. Je kunt je bij het kiezen voor zo’n nieuwe start geen nieuwe paniekactie veroorloven.’
Waarin het Haagse huurlingenleger wél overeenkomsten vertoont met eerdere massale spelersintochten, is de achtergrond van de voetballers. Kalezic: ‘Spelers die in januari van club wisselen, hebben vaak een krasje. Ze hebben niet veel gespeeld, zijn vaak niet fit genoeg of ontevreden bij hun huidige club. Over hun status is geen discussie, het zijn altijd twijfelgevallen, je haalt nooit spelers die er direct staan. Tijd is de grootste vijand.’
Kalezic begroette in januari 2016 acht nieuwe spelers bij Roda JC. Het was paniek in Kerkrade, hij moest wel. ‘Het had ook met de situatie bij Roda te maken. Het was een dode club die per ongeluk gepromoveerd was. Ze moesten koste wat het kost erin blijven, om daarna verder te kunnen bouwen. Er was geen enkel zicht op sportief betere tijden. Ze hebben me gesmeekt er alles aan te doen erin te blijven.’
‘Het maakte niet uit hoe, het hoefde er niet fraai uit te zien en het mocht ook in de allerlaatste minuut van de play-offs. Ik had wel wat invloed op de spelers die kwamen. Jordy Buijs, Mike van Duinen en Rydell Poepon – niet toevallig Nederlandse spelers – wilde ik graag hebben. Daar kun je direct mee aan de slag. Mijn zaakwaarnemer Rodger Linse zei: “Jij kan deze klus klaren”. En ik zag ook wel dat mijn manier van werken geschikt was om het voor elkaar te krijgen. Het hoefde niet mooi, maar realistisch. Richting de winterstop voelde ik het wegglippen, toen hebben we veel spelers erbij gehaald.’
HARDE MAATREGELEN
Het waren er te veel. ‘Het moeilijke van acht, negen nieuwelingen is dat je spelers krijgt op wie je geen controle hebt. Daarmee bedoel ik spelers die je onvoldoende kent, je weet niet goed wat je wel en niet met ze kunt. Of hoe ze in de groep passen, hoe ze reageren op bepaalde zaken. Dat geldt zeker voor jongens die na het trainingskamp binnenkomen. Ook voor de spelers die er al zijn, is dat lastig. Ze zien jongens komen die geen idee hebben waar ze zijn beland, ze vrezen voor hun plek.’
‘In Nederland moet een speler zich fijn voelen, dat is zijn basis om te kunnen doen wat er van hem wordt verwacht. Voetbal is hier meer dan alleen maar werk. Het moet ook leuk zijn. Met een flink aantal nieuwe spelers halverwege is dat lastig.’
‘Vergeet dat mentaliteitsverschil niet. In het buitenland is voetbal werk, daar wordt het veel makkelijker geaccepteerd. De komst van nieuwe spelers zorgt voor beweging, voor turbulentie in de groep. Dat moet je ook managen, terwijl alles gericht moet zijn op wedstrijden winnen. Het is voor een trainer een verwarrende en moeilijke periode.’
‘Dat ik als speler bij De Graafschap het een en ander meemaakte, heeft me wel geholpen om situaties te herkennen zoals bij Roda. Later is pas duidelijk geworden hoe moeilijk het destijds bij Roda was en hoe bijzonder het eigenlijk geweest is dat we het gered hebben. Ik heb harde maatregelen moeten nemen, maar ik was ervan overtuigd dat het nodig was. Ik heb spelers beschermd en heb vastgehouden aan mijn visie. Ik vind het nog altijd van weinig respect getuigen dat mensen niet op waarde kunnen schatten wat we destijds hebben gepresteerd.’
‘Januari-transferwindow is zonde van de tijd’
De Engelse voetbalwebsite www.theathletic.com publiceerde begin januari een verhaal dat is gebaseerd op onderzoeksresultaten van de 21st Club, een voetbaldata- en analysebedrijf. De inleiding van het artikel draait niet om de conclusie heen: ‘In bestuurskamers in heel het land wordt in januari dezelfde vraag gesteld: “Kan hij ons erin houden?” Iedere club in nood die geld beschikbaar krijgt om lijfsbehoud te realiseren, zoekt wanhopig naar bewezen winnaars, spelers die prijzen hebben gewonnen of spelers die nog nooit gedegradeerd zijn. Wanhopig zoekt iedereen een redder, clubs geloven graag dat ze investeren in de oplossing voor hun problemen. Ze overtuigen zichzelf dat ze de juiste beslissing nemen. Haal ze uit die droom. Het werkt bijna nooit.’
Het onderzoek leverde het bewijs, omdat de uitkomst was dat in Engeland de kosten in januari altijd hoger zijn dan de uiteindelijke winst. Ongeacht lijfsbehoud of niet. Het databureau liet er een ingewikkelde rekenmethode op los, waarin het de uitgaven koppelde aan het aantal behaalde punten per wedstrijd.
Het verschil tussen de duels voor en na de winterstop bleek 0,1 punt per duel. Dat betekent over negentien wedstrijden één of twee punten.
21st Club komt ook met een klassiek voorbeeld: Queens Park Rangers in 2013. Laatste in de Premier League op Nieuwjaarsdag met tien punten uit twintig wedstrijden. Manager Harry Redknapp mocht investeren en haalde vijf duurbetaalde krachten. QPR won in de tweede seizoenshelft drie keer en eindigde kansloos als laatste. De club raakte in financiële problemen en is tegenwoordig slechts een figurant in de Championship, zonder enig uitzicht op een Premier League-rentree. Een ander voorbeeld is Stoke City in januari 2018 en vorig jaar gebeurde bij Fulham hetzelfde. De aangetrokken spelers maakten geen verschil.
Een andere conclusie van het onderzoek is dat clubs in paniek altijd goals proberen te kopen, nooit clean sheets. En dat de helft van de in januari aangetrokken aanvallers in januari niet eens scoorde voor hun nieuwe werkgever. Als je de vijf grote Europese competities in ogenschouw neemt, zie je dat 55 procent van de aangetrokken spitsen geen doelpunt maakt en dat veertien procent tot vijf of meer treffers komt. Natuurlijk zijn er uitzonderingen en zijn niet alle wetmatigheden waterdicht.
De slotconclusie moet echter in de bestuurskamers wel worden besproken: ‘De beste spelers verkassen niet halverwege het seizoen en de januari-transferwindow is zonde van de tijd.’
`Ik wens geen enkele coach acht nieuwe spelers toe`
Bijna een compleet elftal versterkingen bij ADO. Een garantie voor lijfsbehoud is het niet, het is en blijft een gok. Darije Kalezic begroette in januari 2016 eveneens acht nieuwelingen als trainer van Roda JC. ‘In de praktijk is het halen van veel spelers in de winter meer een nadeel dan een voordeel.’
De winterse transferperiode ligt weer achter ons. Vooral ploegen in nood, die in de eerste seizoenshelft met de neus op de feiten zijn gedrukt, hebben zich versterkt. Of beter gezegd: dénken zich te hebben versterkt. Omdat het noodzakelijk is, omdat het de automatische reflex is in een wereld waar resultaat heilig is.
Een reddingsoperatie halverwege het seizoen is zeker niet gedoemd te mislukken: soms lukt het wel, soms ook niet. Er is geen handboek om te volgen en er is überhaupt geen garantie dat het gaat lukken. Alle goede bedoelingen ten spijt, een kwaliteitsinjectie in de winterstop is altijd omgeven met vraagtekens. Eén ding is het in elk geval: een schuldbekentenis.
Clubs die halsoverkop spelers her en der vandaan plukken, hebben hun huiswerk aan het begin van het seizoen niet goed genoeg gedaan. Het is ook niet voor niets dat bij de meeste van die clubs de verantwoordelijken (technisch directeuren en trainers) al zijn geslachtofferd en er sprake is van een nieuwe start.
In Nederland springt de situatie bij ADO Den Haag natuurlijk in het oog. Acht nieuwe spelers, een nagenoeg volledig nieuwe technische staf, jonge talenten verhuurd of terug naar de beloften. Of de nieuwe start ook daadwerkelijk heeft geholpen qua resultaat, is pas achteraf te beoordelen. Niemand zal beweren dat ADO niets had moeten doen. Na twee seizoenen in het linkerrijtje viel het nu gewoon vies tegen. Excuses en oorzaken tellen niet, herbronnen en door was het devies. Of het zo rigoureus moest als nu is gedaan, kun je je afvragen.
‘Drie of vier nieuwe spelers had ik verwacht’, bekende aanvoerder Aaron Meijers. ‘Acht of drie of vier, het maakt mij niet uit’, voegde John Goossens eraan toe. ‘Het gaat maar om één ding: lijfsbehoud.’ Dat laatste is duidelijk. Hoe en met wie doen er niet toe, het Eredivisie-schap is heilig. Wat de toekomst daarna brengt, is letterlijk en figuurlijk van later zorg.
RECORD
Acht nieuwe spelers halen halverwege het seizoen. ADO is natuurlijk niet de eerste club die het doet. In heel Europa slaan de clubs door in het verversen van hun selectie. Wat te denken van Elazigspor, de nummer 17 in de Turkse tweede divisie.
Met 22 (!) nieuwe spelers in de laatste twee uur van de transfermarkt vestigde de Turkse club een record. Twaalf aankopen en tien huurlingen moeten Elazigspor aan lijfsbehoud helpen. In Nederland kennen we de laatste jaren ook de voorbeelden. Het bekendste is misschien wel Roda JC. De seizoenen 2015/16 en 2016/17 zorgden bij die club voor in totaal zeventien winterse transferdeals. Wie herinnert zich niet de aanwinst (slechts 144 minuten in zes duels) Beni Badibanga, die bij zijn eerste interview in Kerkrade liet blijken niet te weten waar hij beland was.
Het tussentijds halen van veel spelers roept veel vragen op. Is het paniek of een weldoordracht reddingsplan? Is het noodzakelijk of wenselijk? Gaat het alleen om de korte termijn of moet je verder kijken? Hoe gaat een trainer om met die nieuwelingen? Hoe reageren de al aanwezige selectiespelers op de nieuwe gezichten in de kleedkamer? Moet je het als trainer willen? Wat doet het met de sfeer en de chemie in een groep? Vragen zonder eenduidig antwoord, maar die we wel kunnen toetsen bij iemand die van diverse kanten deze materie heeft ondervonden.
Darije Kalezic geldt als ervaringsdeskundige. De in Zwitserland geboren Bosniër maakte als speler van De Graafschap mee dat er een bataljon nieuwe voetballers arriveerde in januari en kreeg als trainer van Roda JC een achttal verse krachten tot zijn beschikking om degradatie te voorkomen. ‘Het is een hels karwei om het met acht nieuwe spelers voor elkaar te krijgen’, luidt zijn conclusie. ‘Dat wens ik geen enkele coach toe.’
Kalezic, wiens laatste trainersjob bij PSM Makassar in Indonesië ten einde kwam in december vorig jaar, neemt uitgebreid de tijd om zijn ervaringen te delen. Nadat we hem hebben gesproken, appt hij nog even. ‘Waar wij het net over gehad hebben, is een waanzinnig interessant onderwerp. Heel veel voetbalkenners hebben geen flauw idee wat het betekent’, luidt zijn boodschap. Als we nog twijfelden of we de juiste persoon te pakken hadden om de problematiek te duiden, dan zijn die vraagtekens nu volledig weggenomen.
EIGENBELANG
De aanleiding om dieper in te gaan op het tussentijds halen van veel nieuwe spelers lag dus in Den Haag. Acht stuks haalde de Residentieclub in januari binnen. Met vier punten uit de eerste drie duels onder de Engelse manager Alan Pardew is een oordeel moeilijk te geven. Dat het voetbal er niet uitziet, is duidelijk, dat dat ook geen doel op zich is net zo. Pardew komt om te overleven, hóé maakt niet uit. De start noemen we weifelend, dat de concurrentie boven ADO Den Haag punten sprokkelt, maakt een vlotte verbetering op vele fronten noodzakelijk.
Kalezic duidt de situatie van een club in degradatienood als volgt. ‘Als je speelt om niet te degraderen, dan moet je als coach zorgen dat de spelers met elkaar bereid zijn diep te gaan, met elkaar voor elk duel willen vechten en het elkaar gunnen uit te blinken. Eigenbelang is ondergeschikt. De staf moet dat kunnen ondersteunen en bewaken en de technisch directeur en het bestuur moeten dat begrijpen. Tussen winterse aankopen – voor de korte termijn – zit een redelijk hoog percentage paniekaankopen en dat werkt vanzelfsprekend tegen het beleid dat zulke clubs op dat moment nodig hebben. Als er winterse aankopen komen, begin je als coach opnieuw, maar heb je nog maar de helft van de tijd.’
De uitleg van Kalezic is glashelder. Door schade en schande wijs geworden in het vak. Van de acht nieuwe Haagse krachten (Sam Stubbs, Laurens De Bock, George Thomas, Mick van Buren, Jordan Spence, Tudor Baluta, Omar Bogle en Mike Duffy) laat centrale verdediger Stubbs zich het meest gelden. Over de anderen is het nog lastig oordelen. Thomas lijkt een speler met een idee, Baluta is talentvol maar jong, Van Buren een harde werker, De Bock overtuigt nog niet, Spence is een breedteversterking en Duffy en Bogle hebben we nog niet in actie gezien, maar moeten voor de broodnodige impulsen voorin zorgen.
Pardew deelde vorige week al zijn visie op de versterkingen. ‘We hebben nu een volwassen selectie, we hebben diepte in de groep. Denk niet dat deze acht allemaal tegelijk gaan spelen, maar ze geven ons meer mogelijkheden. Ze begrijpen wat ik wil, ze zijn hier om de club te helpen. Natuurlijk had ik liever twee of drie echt goede spelers gehaald, maar dat bleek niet haalbaar.’ De handelwijze van ADO kun je het best bestempelen als niet gericht schieten, maar in het luchtledige met hagel. Dan valt er weleens een prooi uit de lucht.
Kalezic slaagde in zijn missie bij Roda JC. In het seizoen 2015/16 loodste hij de Limburgers naar de veertiende plaats. Yannis Anastasiou eindigde een seizoen later met negen winterse versterkingen als zeventiende en moest vlak voor de finale van de play-offs tegen aartsrivaal MVV Maastricht plaatsmaken. Roda handhaafde zich ternauwernood. Dick Advocaat, die zes nieuwe spelers naar Sparta haalde, lukte het niet.
‘Dat zegt eigenlijk al voldoende’, vindt Kalezic. ‘Als zelfs Advocaat het niet voor elkaar krijgt… Bij hem vergeleken ben ik een kleine jongen, ik heb alleen maar respect voor die man. Hij kreeg met Fred Friday, Michiel Kramer en Dabney dos Santos drie aanvallers erbij en nóg lukte het niet. Dan kun je nog zo veel kennis en ervaring hebben, op bepaalde zaken heb je geen grip. Het is heel moeilijk alles in elkaar te laten vallen.’
Bij zowel Roda als Sparta betrof het overigens veelal huurlingen die met hun ziel onder de arm rondliepen en hun eigenbelang boven dat van de club plaatsten. Een kansloze combinatie voor een ploeg in degradatienood, een hopeloze taak voor een trainer om daar het optimale rendement uit te halen. Kalezic kan maar één conclusie trekken. ‘Acht nieuwe spelers halen is gewoon risicovol, zelfs als je ze kent. Er is geen garantie, het kost tijd en energie.’
ACHTERSTAND
De Bosniër grijpt terug naar zijn verleden als voetballer om zijn eerste ervaring op dit gebied te delen. ‘Ik heb als speler roerige tijden meegemaakt bij De Graafschap. Ik dacht altijd al als coach en wat me daar opviel, was dat er aan het begin van een seizoen nooit iets kon en in januari plotseling veel nieuwe spelers gehaald konden worden. Herstellen van niet geleverd werk, noem ik dat altijd. In mijn beleving was dat een van de redenen waarom het altijd zo rumoerig was. Uit pure paniek handelen was het. Als het vuur onder de voeten te heet werd, was er ineens van alles mogelijk.’
Kalezic nam zich in die tijd iets voor wat hij later in de praktijk wilde brengen. ‘Toen ik hoofdcoach werd van De Graafschap, heb ik de clubleiding verzocht vóór het seizoen een selectie samen te stellen waarmee ik aan de slag kon. Ik wilde geen versterkingen in januari. Als trainer wil je met een groep ergens naartoe werken. Je hebt een visie, een vertrekpunt en ook een eindpunt in gedachten. De inzichten verkrijg je op basis van het kennen van je spelers, maar ook door het kennen van de cultuur en je tegenstanders. Spelers die halverwege binnenkomen, hebben op vele fronten een achterstand, ook op dát gebied. Dat kun je er niet bij hebben, want je moet spelers hebben die je elftal direct sterker maken.’
‘Het aantrekken van buitenlandse spelers die de competitie niet kennen, is een groot risico’, vervolgt Kalezic. Hij voegt er direct aan toe dat de situatie bij ADO moeilijk te vergelijken is. ‘Die verschilt eigenlijk in tachtig procent van wat ik net vertelde. Daar is een geheel nieuwe situatie met een buitenlandse coach die zelf de competitie en de cultuur in Nederland niet kent. En die van de club alle vrijheid heeft gekregen het naar eigen inzicht in te vullen. Dat zegt iets over de visie van de club, maar dat is een keuze. Het gaat alleen om handhaven, verder wordt er nog niet gekeken.’
‘Hij komt voor een half jaar en heeft een opdracht. Dat hij dan spelers haalt die zijn visie begrijpen, snap ik wel. Al moet dat ook wel blijken. Het zou het makkelijker moeten maken voor hem, een buitenlandse coach heeft meer baat bij spelers die hem snappen. De tijd die hij moet investeren om Nederlandse spelers mee te krijgen in zijn manier van denken, heeft-ie niet.’
`ADO is een geval op zich. Die nuance moet ik zeker aanbrengen. Daar zijn ze echt opnieuw begonnen. Zonder garantie dat het goedkomt. Ik hoop het voor ze, als ze de coach maar wel dit halve seizoen laten zitten, ook als de start onverhoopt tegenvalt. Je kunt je bij het kiezen voor zo’n nieuwe start geen nieuwe paniekactie veroorloven.’
Waarin het Haagse huurlingenleger wél overeenkomsten vertoont met eerdere massale spelersintochten, is de achtergrond van de voetballers. Kalezic: ‘Spelers die in januari van club wisselen, hebben vaak een krasje. Ze hebben niet veel gespeeld, zijn vaak niet fit genoeg of ontevreden bij hun huidige club. Over hun status is geen discussie, het zijn altijd twijfelgevallen, je haalt nooit spelers die er direct staan. Tijd is de grootste vijand.’
Kalezic begroette in januari 2016 acht nieuwe spelers bij Roda JC. Het was paniek in Kerkrade, hij moest wel. ‘Het had ook met de situatie bij Roda te maken. Het was een dode club die per ongeluk gepromoveerd was. Ze moesten koste wat het kost erin blijven, om daarna verder te kunnen bouwen. Er was geen enkel zicht op sportief betere tijden. Ze hebben me gesmeekt er alles aan te doen erin te blijven.’
‘Het maakte niet uit hoe, het hoefde er niet fraai uit te zien en het mocht ook in de allerlaatste minuut van de play-offs. Ik had wel wat invloed op de spelers die kwamen. Jordy Buijs, Mike van Duinen en Rydell Poepon – niet toevallig Nederlandse spelers – wilde ik graag hebben. Daar kun je direct mee aan de slag. Mijn zaakwaarnemer Rodger Linse zei: “Jij kan deze klus klaren”. En ik zag ook wel dat mijn manier van werken geschikt was om het voor elkaar te krijgen. Het hoefde niet mooi, maar realistisch. Richting de winterstop voelde ik het wegglippen, toen hebben we veel spelers erbij gehaald.’
HARDE MAATREGELEN
Het waren er te veel. ‘Het moeilijke van acht, negen nieuwelingen is dat je spelers krijgt op wie je geen controle hebt. Daarmee bedoel ik spelers die je onvoldoende kent, je weet niet goed wat je wel en niet met ze kunt. Of hoe ze in de groep passen, hoe ze reageren op bepaalde zaken. Dat geldt zeker voor jongens die na het trainingskamp binnenkomen. Ook voor de spelers die er al zijn, is dat lastig. Ze zien jongens komen die geen idee hebben waar ze zijn beland, ze vrezen voor hun plek.’
‘In Nederland moet een speler zich fijn voelen, dat is zijn basis om te kunnen doen wat er van hem wordt verwacht. Voetbal is hier meer dan alleen maar werk. Het moet ook leuk zijn. Met een flink aantal nieuwe spelers halverwege is dat lastig.’
‘Vergeet dat mentaliteitsverschil niet. In het buitenland is voetbal werk, daar wordt het veel makkelijker geaccepteerd. De komst van nieuwe spelers zorgt voor beweging, voor turbulentie in de groep. Dat moet je ook managen, terwijl alles gericht moet zijn op wedstrijden winnen. Het is voor een trainer een verwarrende en moeilijke periode.’
‘Dat ik als speler bij De Graafschap het een en ander meemaakte, heeft me wel geholpen om situaties te herkennen zoals bij Roda. Later is pas duidelijk geworden hoe moeilijk het destijds bij Roda was en hoe bijzonder het eigenlijk geweest is dat we het gered hebben. Ik heb harde maatregelen moeten nemen, maar ik was ervan overtuigd dat het nodig was. Ik heb spelers beschermd en heb vastgehouden aan mijn visie. Ik vind het nog altijd van weinig respect getuigen dat mensen niet op waarde kunnen schatten wat we destijds hebben gepresteerd.’
‘Januari-transferwindow is zonde van de tijd’
De Engelse voetbalwebsite www.theathletic.com publiceerde begin januari een verhaal dat is gebaseerd op onderzoeksresultaten van de 21st Club, een voetbaldata- en analysebedrijf. De inleiding van het artikel draait niet om de conclusie heen: ‘In bestuurskamers in heel het land wordt in januari dezelfde vraag gesteld: “Kan hij ons erin houden?” Iedere club in nood die geld beschikbaar krijgt om lijfsbehoud te realiseren, zoekt wanhopig naar bewezen winnaars, spelers die prijzen hebben gewonnen of spelers die nog nooit gedegradeerd zijn. Wanhopig zoekt iedereen een redder, clubs geloven graag dat ze investeren in de oplossing voor hun problemen. Ze overtuigen zichzelf dat ze de juiste beslissing nemen. Haal ze uit die droom. Het werkt bijna nooit.’
Het onderzoek leverde het bewijs, omdat de uitkomst was dat in Engeland de kosten in januari altijd hoger zijn dan de uiteindelijke winst. Ongeacht lijfsbehoud of niet. Het databureau liet er een ingewikkelde rekenmethode op los, waarin het de uitgaven koppelde aan het aantal behaalde punten per wedstrijd.
Het verschil tussen de duels voor en na de winterstop bleek 0,1 punt per duel. Dat betekent over negentien wedstrijden één of twee punten.
21st Club komt ook met een klassiek voorbeeld: Queens Park Rangers in 2013. Laatste in de Premier League op Nieuwjaarsdag met tien punten uit twintig wedstrijden. Manager Harry Redknapp mocht investeren en haalde vijf duurbetaalde krachten. QPR won in de tweede seizoenshelft drie keer en eindigde kansloos als laatste. De club raakte in financiële problemen en is tegenwoordig slechts een figurant in de Championship, zonder enig uitzicht op een Premier League-rentree. Een ander voorbeeld is Stoke City in januari 2018 en vorig jaar gebeurde bij Fulham hetzelfde. De aangetrokken spelers maakten geen verschil.
Een andere conclusie van het onderzoek is dat clubs in paniek altijd goals proberen te kopen, nooit clean sheets. En dat de helft van de in januari aangetrokken aanvallers in januari niet eens scoorde voor hun nieuwe werkgever. Als je de vijf grote Europese competities in ogenschouw neemt, zie je dat 55 procent van de aangetrokken spitsen geen doelpunt maakt en dat veertien procent tot vijf of meer treffers komt. Natuurlijk zijn er uitzonderingen en zijn niet alle wetmatigheden waterdicht.
De slotconclusie moet echter in de bestuurskamers wel worden besproken: ‘De beste spelers verkassen niet halverwege het seizoen en de januari-transferwindow is zonde van de tijd.’
0
|
Zaterdag 15 februari 2020 om 14:59 uur |
Barend
GroenGeelHart070
LEESVOER:
De ster van Jerdy Schouten (23) is rijzende. Zijn eerste maanden in Bologna waren moeilijk, maar nu baart de middenvelder opzien in de Serie A. Het Italiaanse avontuur van een oer-Hollandse jongen is definitief begonnen
‘Mijn vader is er iedere thuiswedstrijd.’ Schouten zegt het zomaar ineens met een stalen gezicht, ziet de verbaasde reactie en herhaalt zijn uitspraak. ‘Echt, dan blijft-ie bij ons slapen. Hij wil niks missen. Mooi toch?’ Ook Schouten senior heeft moeten wachten op de doorbraak van zoonlief, maar nu is hij ongetwijfeld nog trotser dan hij al was op zijn zoon. Vier duels op rij is Jerdy Schouten inmiddels basisspeler bij Bologna. Via Telstar en Excelsior naar de hoogste Italiaanse divisie. Zeg het hardop en het onwaarschijnlijke verhaal wordt alleen maar onwaarschijnlijker. Maar wie Jerdy Schouten in het rossoblu moeiteloos in een Serie A-wedstrijd ziet meespelen, moet erkennen dat de lovende kritieken in de Italiaanse media niet eens overdreven zijn.
Hij werd niet goed genoeg bevonden bij ADO Den Haag, leefde op sensationele wijze op bij Telstar, veroverde de Eredivisie bij Excelsior, om daarna een megagrote stap voorwaarts te maken. In Bologna transformeert de voormalige lichtgewicht tot een sterke voetballer, van anoniem selectielid met het oog op de toekomst is hij inmiddels basisspeler bij de huidige middenmoter geworden. En de superlatieven dalen op hem neer. De middenvelder verbaast iedereen, behalve zichzelf. ‘Ik wist wel dat ik het kon, anders had ik de stap niet genomen’, luidt een wijsheid van Schouten.
Het klinkt eigenwijs en zelfverzekerd, zo is hij ook wel. Net zoals hij toegeeft dat zijn omgeving hem soms moet corrigeren. ‘Ik dacht dat ik de overstap wel even zou maken, maar zo werkt het niet. Ik ben van nature nogal ongeduldig en eigenwijs, misschien wel té eigenwijs. Gelukkig weet mijn omgeving dat en weten ze dat ik het nodig heb dat ze me realistisch laten denken en duidelijk moeten maken hoe het zit.’
`Nu mocht ik een aantal wedstrijden starten, maar ik weet ook dat er zo weer andere keuzes gemaakt kunnen worden`
Zijn zelfkennis en kritische blik zijn verfrissend in deze verwarrende tijden waarin spelers veelal geen spiegel lijken te hebben. In de thuiswedstrijd tegen het Verona van Soufyan Amrabat zien we Schouten in actie in het shirt van Bologna. Na 69 minuten sloft de Nederlander met rugnummer 30 naar de zijkant. Bologna is met tien man komen te staan na een rode kaart, een defensieve ingreep is verklaarbaar. Zonder Schouten geeft de thuisclub de 1-0 voorsprong uit handen en wordt het 1-1. Een week eerder maakte hij zijn tweede negentig minuten sinds 30 oktober vol tegen Torino, de beloning is een tweede basisplaats op rij. In de eerste negentien wedstrijden in 2019 kwam hij in totaal 192 minuten in actie. En nog 44 minuten in een Coppa Italia-duel. Januari was de maand van de doorbraak in de Serie A voor Schouten. Afgelopen zaterdag tegen Brescia (2-1) kreeg hij zijn vierde basisplaats op rij toebedeeld. Die kon na een overtuigend optreden tegen SPAL ook niet uitblijven. De Italiaanse kranten hadden lovende woorden over voor zijn spel en dat leverde kreten op als Il Gigante, Man of the Match, Il Migliore en Bologna heeft zijn eigen Marten de Roon.
Het is bekend dat Italiaanse sportkranten niet schromen nieuwe helden op het paard te hijsen. Schouten blijft er nuchter onder. ‘Je moet het constant bewijzen en afdwingen, je hebt geen garanties. Nu een aantal wedstrijden mogen starten zie ik als een beloning, maar ik weet ook dat er zo weer andere keuzes gemaakt kunnen worden. Het is aan mij dat te voorkomen. We hebben een grote selectie, de concurrentie is hevig, ik heb nu het vertrouwen gekregen en dat wil ik ook waarmaken. Iedere training en iedere wedstrijd weer. Verslappen kan niet, ik bewijs nu dat mijn keuze de juiste was.’
BRAVOURE
Tegen Verona, waar Bologna aantreedt zonder de geblesseerden Stefano Denswill en Mitchell Dijks, beweegt Schouten centraal op het middenveld als een lightversie van Andrea Pirlo over het gras. De bravoure en lef die hij in Velsen-Zuid en in Kralingen liet zien, zien we deze wedstrijd bij vlagen. In Italië wordt nu eenmaal risicomijdend gedacht, Schouten heeft dat goed begrepen, hoewel hij van nature wat avontuurlijker is ingesteld. Hij lijkt zich soms in te houden, in gedachten wil hij méér, het verstand zegt echter voorzichtig te zijn. Opvallend is dat zijn medespelers hem veelvuldig zoeken. Op een andere manier dan in Nederland, maar ze weten allemaal dat als ze de bal bij dat rossige ventje uit Olanda bezorgen, er daarna geheid een andere ploeggenoot in balbezit komt.
‘Opbouwen zoals in Nederland kennen ze hier niet’, weet Schouten. ‘Dat heen en weer getik in de achterste linie, daar doen ze niet aan. Dat vinden ze zelfs verschrikkelijk. Hier gaat de bal sneller naar voren en kan ik er wat mee doen als de middenvelders ’m hebben. En ik moet meer tackelen, duels aangaan, de fysieke strijd opzoeken. Dat past me prima.’ Stadio Renato Dall’Ara is een prachtig toneel waar hij zijn kunsten mag vertonen. ‘Ik vind het een fantastisch stadion, met een heerlijke grasmat. Ik heb nooit een hekel gehad aan het kunstgras, hoor, ik ben van de kunstgrasgeneratie. Maar deze mat is geweldig.’
De thuishaven ligt drie kilometer buiten het historische stadscentrum. De bus vanaf het treinstation brengt ons naar een idyllische plek, een plaats waar het hart van een voetballiefhebber sneller gaat kloppen. De kolossale kenmerkende toren doemt in de verte op en trekt als een magneet de aandacht. Van dichtbij is het gevoel nog melancholischer. In een wereld waarin moderne stadions tot de verbeelding spreken is deze oude, romantische bak een bijzonder pareltje. Groundhoppers moeten dit stadion hebben gevinkt, anders verdien je de titel groundhopper niet. Schouten wandelt voor het duel met Verona geconcentreerd het veld op. In gedachten, ongetwijfeld vol adrenaline, maar uiterlijk rustig.
‘Eigenlijk besef je de aanwezigheid van al die mensen (de capaciteit bedraagt bijna veertigduizend plaatsen, red.) dan pas. Ik was Telstar en Excelsior gewend als thuisbasis, en met Excelsior natuurlijk ook uitduels in grote stadions. Eenmaal op het veld doet het me niets, dan merk ik het niet. Ik ben met het spel bezig, niet met de entourage. Tijdens de warming-up en bij het veld oplopen kijk ik weleens in de rondte en schiet het soms door me heen dat dit eigenlijk pas mijn derde seizoen in een eerste elftal is. En dan sta je ineens in de Serie A. Zo is het wel.’
ZURE NASMAAK
Dat besef is soms confronterend, maar ook alleszeggend over de voetballerij. Schouten is een voorbeeld van een speler die via een omweg de top aan het halen is. Wie weet wat er nog volgt? Oranje, een stap in Italië, een topclub in Nederland? ‘Daar denk ik nu helemaal niet aan. Ik wil hier slagen, daar werk ik hard voor.’
Het zijn woorden die passen bij Schouten. Logisch gezien zijn vastberadenheid om zijn droom te verwezenlijken. ‘Ik moest weg bij ADO Den Haag en heb mijn pad zorgvuldig gekozen. Eén jaar Telstar maar en slechts één seizoen Excelsior, zo bedenk je het niet, maar zo loopt het. Ik heb wel een zure nasmaak overgehouden aan de degradatie met Excelsior. Ik zie het nog altijd als onnodig, het had niet mogen gebeuren.’
`Het schiet soms door me heen dat dit eigenlijk pas mijn derde seizoen in een eerste elftal is`
Nu speelt hij een paar niveautjes hoger. ‘Ik heb echt heel goed nagedacht of ik dit wilde en ik ben onder de indruk geraakt van het verhaal van Bologna. Als ik eenmaal iets in mijn hoofd heb, ben ik er ook niet meer vanaf te krijgen. Ik heb me verdiept in de stad en de club, heb de taal geleerd en ben daar nog steeds mee bezig. Ik heb er alles aan gedaan om me snel thuis te voelen. Dat is gelukt. Het vertrouwen dat de club in mij uitsprak door me direct een contract voor vijf seizoenen te laten tekenen, voelde heel goed. De mensen die ik hier ontmoette, de stad, de club, het sprak me enorm aan. Als je zo’n keuze maakt, hebben mensen daar een mening over. Vind ik prima, voor mij is belangrijk waarom ik deze stap wil maken, dat ik ervan overtuigd ben dat ik hier een betere speler wordt en dat mijn directe omgeving me steunt. Ik zie mezelf hier een sterkere speler worden, ik merk nu ook dat ik grote stappen maak.’
In Nederland is het Italiaanse avontuur van Schouten nauwelijks nog belicht. ‘Ik heb nog niet zo veel pers gedaan. Eigenlijk alles afgehouden. Bewust ja, eerst maar eens presteren.’ Schouten lacht erbij, hij weet dat hij momenteel hot is in Bologna. We spreken na het duel met Verona af elkaar op dinsdag in het historische centrum van de stad te treffen. Bologna bruist, de stad aan de voet van de Apennijnen is qua inwonertal de zevende van het land en ontwikkelt zich in rap tempo tot een toeristische trekpleister.
De universiteitsstad is het culinaire epicentrum van Noord-Italië. Op de vele pleinen in Bologna is het uitermate goed toeven. De Piazza Maggiore, waar de Sint Petroniusbasiliek inwoners en toeristen begroet, is Italiaanser dan Italiaans en kent vele aangrenzende steegjes. Het zijn schilderachtige straatjes, met piepkleine winkeltjes vol typisch Italiaanse producten, waar Italianen elkaar overenthousiast begroeten. Schouten heeft per app de locatie doorgegeven waar we hem treffen. Het zijstraatje van het grote plein heet de Via Pescherie Vecchie.
STADSLEVEN
Schouten valt direct op met zijn rossige hoofd tussen de over het algemeen donkerharige Italianen als hij het steegje inloopt. Zerocinquantello heet het tentje. Aan een tafeltje bij het raam laten we het Italiaanse stadsleven op een middag in januari aan ons voorbijtrekken. ‘Ik ben een stadsmens, we gaan binnenkort meer in het centrum wonen’, verklapt Schouten. Zijn vriendin is hem gevolgd naar de Italiaanse stad. ‘We waren nog niet eens zo lang samen, ik vind het prachtig dat ze het heeft gedaan. Voor haar was de stap misschien nog wel groter en gedurfder dan voor mij. Ze voelt zich thuis, we trekken veel op met twee Scandinavische spelers die ook hun vriendinnen mee hebben. Ze heeft nu ook een baan gevonden hier.’
Zijn vriendin is momenteel een huis aan het bezichtigen. ‘We hebben een prachtig huis hoor, misschien wel te mooi. Maar het is een stuk buiten het centrum, ik vind het er te rustig. En bovendien kun je niet de stad in met je auto als je er niet woont. Dan moet je aan de rand parkeren en de stad inlopen. Als je in de stad woont krijg je ontheffing.’
Schouten zoekt op de menukaart naar zijn favoriete bestelling. Op het moment dat hij met enige tegenzin besluit voor de bruschetta met mozzarella te gaan, vindt hij waar hij op uit was. ‘Die moeten we hebben, let maar op’, klinkt het. Even later staat er een uitgebreide plank met diverse soorten ham, smeerseltjes, verschillende stukjes kaas en warme broodjes op tafel. Eten en drinken in Italië is altijd een feest.
SPINAZIE
In de stad waar de welbekende bolognesesaus zijn oorsprong kent, is dat niet verwonderlijk. Wandelend door de stad wordt de inwendige mens uitgenodigd zich tegoed te doen aan de vele lekkernijen. ‘Maar ik hou me in’, klinkt het haast verontschuldigend. ‘We koken ook zelf, hoor. Vanavond staat er gewoon spinazie op het menu.’ Het doet denken aan de onthulling die Schouten ooit deed dat hij op de wedstrijddag altijd pannenkoeken eet. Hij bekende dat hij verslaafd is aan die lekkernij. ‘We hebben op de club een kok die alles klaarmaakt wat je wil. Nee, ik heb nog niet om pannenkoeken gevraagd. Ik eet ze wel, ik kan niet zonder. Ze zijn gewoon te koop in de supermarkt en de stroop is meegekomen uit Nederland. Alleen niet op de ochtend voor een wedstrijd, zoals ik altijd deed. We zijn hier met de spelersgroep bij elkaar vanaf een dag voor de wedstrijd. Ik ben nog niet in de positie pannenkoeken te eisen, eerst nog wat meer basisplaatsen.’
Schouten kan rustig in een steegje in Bologna zitten zonder te worden aangeklampt. ‘Dat doen ze heel goed hier. Ze laten je met rust. Ik heb al een aantal keer gemerkt dat ze eigenlijk pas bij het afrekenen iets vragen of tegen je willen zeggen. Ik kende ook de verhalen van voetballers in Italië die door supporters worden aangesproken, maar het is hier gewoon heerlijk relaxed. Heeft ook met de stad en de club te maken. De Amerikaanse eigenaar Joey Saputo is een ontzettend aardige man, ik heb hem wel een aantal keer gesproken. Hij is geen type eigenaar die roekeloos investeert en spelers op naam haalt. Je ziet dat Bologna veel jongere voetballers scout, echt jongens voor de toekomst haalt. En die zullen ze natuurlijk ook ooit weer willen verkopen. Het bevalt me gewoon goed. Hoewel de beginperiode best wennen was.’
`De Italiaanse competitie wordt echt onderschat`
Schouten verwijst naar de eerste maanden. ‘Het was aanpoten. Ik heb trainingssessies meegemaakt waarin we alleen maar een het lopen waren. Bergop, bergaf, sprinten, duurlopen, inhoud kweken. Loeizwaar. Zo leggen ze hier de basis. Dat was een verschil, ja. Wat wij in Nederland doen, is daar helemaal niks bij. Ik had nog nooit zo hard getraind en was blij dat we eindelijk wedstrijden gingen spelen, maar ik was vijf minuten bezig in het eerste oefenduel en ik liep een knieblessure op. Dan word je wel even gek, ja. En nu?, dacht ik direct. Natuurlijk ga je aan je herstel werken en natuurlijk heeft de club me daar geweldig bij geholpen, maar je ziet wel even alles wat je voor ogen had aan je voorbijtrekken. Ik wilde direct indruk maken, me bewijzen. Want ik was maar een speler van een Nederlands clubje, niet iedereen kende me. Ik was nieuwsgierig, maar de mensen hier ook naar mij.’
UITZONDERLIJKE TALENTEN
Schouten moest geduld hebben, dat hij van nature niet heeft. ‘Maar ik snap heus wel hoe het werkt. Ik dacht wel even direct te gaan spelen, omdat ik wil voetballen. Dat is wat ik het liefst doe. Maar zo werkt het niet. Ik moest sterker worden. Ik merkte het ook op trainingen. Ik was toch dat iele mannetje uit Nederland. Vergis je niet, hè, hier ben ik ook gewoon weer een jonge speler. In Nederland is 23 al oud, maar hier begint het dan pas. Kijk hoeveel echt jonge spelers in Italië aan hun wedstrijden komen, dat zijn alleen de uitzonderlijke talenten. Dit is pas mijn derde seizoen als volwaardig profspeler in een eerste team. Eigenlijk heel vreemd. Ik sta er niet eens meer bij stil, maar als je er zo over nadenkt is het best bijzonder.’
Drie jaar echt prof en een vaste waarde in de Serie A. ‘Het voelt alsof het nu allemaal echt begint’, geeft hij toe. ‘Ik ben ook echt sterker geworden, kan het nu langer volhouden. Natuurlijk heb ik moeten wennen. Niet alleen aan de trainingen, ook aan de manier van spelen, aan het leven.’ De stap van Excelsior naar Bologna is in alle opzichten levensgroot, de Serie A is een compleet nieuw podium. ‘Ik denk dat ik in Italië kan groeien, het ligt me wel hoe ze hier denken en doen. De Italiaanse competitie wordt onderschat, dat vind ik echt. Er zitten geen makkelijke wedstrijden bij. Als je in Nederland een kleine nederlaag lijdt tegen Ajax of PSV, kan een trainer zeggen dat hij tevreden is. Dat is hier uitgesloten; met 1-0 verliezen is een nederlaag, het maakt niet of dat tegen Juventus of Inter is of tegen een laag geklasseerde ploeg. Verliezen is verliezen. Die benadering staat me wel aan.’
`Als je het hebt over een mensenleven en de strijd van iemand tegen een ziekte dan is voetbal plotseling slechts een spelletje`
Bologna kent een wisselvallig seizoen. Er zijn redenen aan te voeren, zoals de ziekte van trainer Sinisa Mihajlovic. De vroegere vrijetrappenkoning van de Serie A vecht tegen . Natuurlijk heeft zijn situatie invloed op de selectie. ‘Het is moeilijk aan te geven hoe precies, maar we hebben het erover in de kleedkamer. Iedereen is ermee bezig. Dit raakt je enorm.’
Praten over zijn trainer doet Schouten zichtbaar wat. ‘Het is vreselijk, zo oneerlijk ook. Ik kende hem nog maar pas, maar dit komt aan. Nooit ziek geweest en dan ineens getroffen door die vreselijke ziekte. Een boom van een kerel, oersterk, en dat straalt hij ook echt uit. Hij zou die vrije trappen nog zo graag het doel in jagen. Mihajlovic is fysiek en mentaal beresterk. We zijn bij hem geweest in het ziekenhuis. Direct na een wedstrijd, dat zijn emotionele momenten. Hij wil dolgraag bij ons zijn, helaas kan dat niet altijd, maar dan heeft hij de hulp van goede assistenten. Het is aangrijpend en mooi tegelijk. Als je het hebt over een mensenleven en de strijd van iemand tegen een ziekte, dan is voetbal plotseling slechts een spelletje.’
De ster van Jerdy Schouten (23) is rijzende. Zijn eerste maanden in Bologna waren moeilijk, maar nu baart de middenvelder opzien in de Serie A. Het Italiaanse avontuur van een oer-Hollandse jongen is definitief begonnen
‘Mijn vader is er iedere thuiswedstrijd.’ Schouten zegt het zomaar ineens met een stalen gezicht, ziet de verbaasde reactie en herhaalt zijn uitspraak. ‘Echt, dan blijft-ie bij ons slapen. Hij wil niks missen. Mooi toch?’ Ook Schouten senior heeft moeten wachten op de doorbraak van zoonlief, maar nu is hij ongetwijfeld nog trotser dan hij al was op zijn zoon. Vier duels op rij is Jerdy Schouten inmiddels basisspeler bij Bologna. Via Telstar en Excelsior naar de hoogste Italiaanse divisie. Zeg het hardop en het onwaarschijnlijke verhaal wordt alleen maar onwaarschijnlijker. Maar wie Jerdy Schouten in het rossoblu moeiteloos in een Serie A-wedstrijd ziet meespelen, moet erkennen dat de lovende kritieken in de Italiaanse media niet eens overdreven zijn.
Hij werd niet goed genoeg bevonden bij ADO Den Haag, leefde op sensationele wijze op bij Telstar, veroverde de Eredivisie bij Excelsior, om daarna een megagrote stap voorwaarts te maken. In Bologna transformeert de voormalige lichtgewicht tot een sterke voetballer, van anoniem selectielid met het oog op de toekomst is hij inmiddels basisspeler bij de huidige middenmoter geworden. En de superlatieven dalen op hem neer. De middenvelder verbaast iedereen, behalve zichzelf. ‘Ik wist wel dat ik het kon, anders had ik de stap niet genomen’, luidt een wijsheid van Schouten.
Het klinkt eigenwijs en zelfverzekerd, zo is hij ook wel. Net zoals hij toegeeft dat zijn omgeving hem soms moet corrigeren. ‘Ik dacht dat ik de overstap wel even zou maken, maar zo werkt het niet. Ik ben van nature nogal ongeduldig en eigenwijs, misschien wel té eigenwijs. Gelukkig weet mijn omgeving dat en weten ze dat ik het nodig heb dat ze me realistisch laten denken en duidelijk moeten maken hoe het zit.’
`Nu mocht ik een aantal wedstrijden starten, maar ik weet ook dat er zo weer andere keuzes gemaakt kunnen worden`
Zijn zelfkennis en kritische blik zijn verfrissend in deze verwarrende tijden waarin spelers veelal geen spiegel lijken te hebben. In de thuiswedstrijd tegen het Verona van Soufyan Amrabat zien we Schouten in actie in het shirt van Bologna. Na 69 minuten sloft de Nederlander met rugnummer 30 naar de zijkant. Bologna is met tien man komen te staan na een rode kaart, een defensieve ingreep is verklaarbaar. Zonder Schouten geeft de thuisclub de 1-0 voorsprong uit handen en wordt het 1-1. Een week eerder maakte hij zijn tweede negentig minuten sinds 30 oktober vol tegen Torino, de beloning is een tweede basisplaats op rij. In de eerste negentien wedstrijden in 2019 kwam hij in totaal 192 minuten in actie. En nog 44 minuten in een Coppa Italia-duel. Januari was de maand van de doorbraak in de Serie A voor Schouten. Afgelopen zaterdag tegen Brescia (2-1) kreeg hij zijn vierde basisplaats op rij toebedeeld. Die kon na een overtuigend optreden tegen SPAL ook niet uitblijven. De Italiaanse kranten hadden lovende woorden over voor zijn spel en dat leverde kreten op als Il Gigante, Man of the Match, Il Migliore en Bologna heeft zijn eigen Marten de Roon.
Het is bekend dat Italiaanse sportkranten niet schromen nieuwe helden op het paard te hijsen. Schouten blijft er nuchter onder. ‘Je moet het constant bewijzen en afdwingen, je hebt geen garanties. Nu een aantal wedstrijden mogen starten zie ik als een beloning, maar ik weet ook dat er zo weer andere keuzes gemaakt kunnen worden. Het is aan mij dat te voorkomen. We hebben een grote selectie, de concurrentie is hevig, ik heb nu het vertrouwen gekregen en dat wil ik ook waarmaken. Iedere training en iedere wedstrijd weer. Verslappen kan niet, ik bewijs nu dat mijn keuze de juiste was.’
BRAVOURE
Tegen Verona, waar Bologna aantreedt zonder de geblesseerden Stefano Denswill en Mitchell Dijks, beweegt Schouten centraal op het middenveld als een lightversie van Andrea Pirlo over het gras. De bravoure en lef die hij in Velsen-Zuid en in Kralingen liet zien, zien we deze wedstrijd bij vlagen. In Italië wordt nu eenmaal risicomijdend gedacht, Schouten heeft dat goed begrepen, hoewel hij van nature wat avontuurlijker is ingesteld. Hij lijkt zich soms in te houden, in gedachten wil hij méér, het verstand zegt echter voorzichtig te zijn. Opvallend is dat zijn medespelers hem veelvuldig zoeken. Op een andere manier dan in Nederland, maar ze weten allemaal dat als ze de bal bij dat rossige ventje uit Olanda bezorgen, er daarna geheid een andere ploeggenoot in balbezit komt.
‘Opbouwen zoals in Nederland kennen ze hier niet’, weet Schouten. ‘Dat heen en weer getik in de achterste linie, daar doen ze niet aan. Dat vinden ze zelfs verschrikkelijk. Hier gaat de bal sneller naar voren en kan ik er wat mee doen als de middenvelders ’m hebben. En ik moet meer tackelen, duels aangaan, de fysieke strijd opzoeken. Dat past me prima.’ Stadio Renato Dall’Ara is een prachtig toneel waar hij zijn kunsten mag vertonen. ‘Ik vind het een fantastisch stadion, met een heerlijke grasmat. Ik heb nooit een hekel gehad aan het kunstgras, hoor, ik ben van de kunstgrasgeneratie. Maar deze mat is geweldig.’
De thuishaven ligt drie kilometer buiten het historische stadscentrum. De bus vanaf het treinstation brengt ons naar een idyllische plek, een plaats waar het hart van een voetballiefhebber sneller gaat kloppen. De kolossale kenmerkende toren doemt in de verte op en trekt als een magneet de aandacht. Van dichtbij is het gevoel nog melancholischer. In een wereld waarin moderne stadions tot de verbeelding spreken is deze oude, romantische bak een bijzonder pareltje. Groundhoppers moeten dit stadion hebben gevinkt, anders verdien je de titel groundhopper niet. Schouten wandelt voor het duel met Verona geconcentreerd het veld op. In gedachten, ongetwijfeld vol adrenaline, maar uiterlijk rustig.
‘Eigenlijk besef je de aanwezigheid van al die mensen (de capaciteit bedraagt bijna veertigduizend plaatsen, red.) dan pas. Ik was Telstar en Excelsior gewend als thuisbasis, en met Excelsior natuurlijk ook uitduels in grote stadions. Eenmaal op het veld doet het me niets, dan merk ik het niet. Ik ben met het spel bezig, niet met de entourage. Tijdens de warming-up en bij het veld oplopen kijk ik weleens in de rondte en schiet het soms door me heen dat dit eigenlijk pas mijn derde seizoen in een eerste elftal is. En dan sta je ineens in de Serie A. Zo is het wel.’
ZURE NASMAAK
Dat besef is soms confronterend, maar ook alleszeggend over de voetballerij. Schouten is een voorbeeld van een speler die via een omweg de top aan het halen is. Wie weet wat er nog volgt? Oranje, een stap in Italië, een topclub in Nederland? ‘Daar denk ik nu helemaal niet aan. Ik wil hier slagen, daar werk ik hard voor.’
Het zijn woorden die passen bij Schouten. Logisch gezien zijn vastberadenheid om zijn droom te verwezenlijken. ‘Ik moest weg bij ADO Den Haag en heb mijn pad zorgvuldig gekozen. Eén jaar Telstar maar en slechts één seizoen Excelsior, zo bedenk je het niet, maar zo loopt het. Ik heb wel een zure nasmaak overgehouden aan de degradatie met Excelsior. Ik zie het nog altijd als onnodig, het had niet mogen gebeuren.’
`Het schiet soms door me heen dat dit eigenlijk pas mijn derde seizoen in een eerste elftal is`
Nu speelt hij een paar niveautjes hoger. ‘Ik heb echt heel goed nagedacht of ik dit wilde en ik ben onder de indruk geraakt van het verhaal van Bologna. Als ik eenmaal iets in mijn hoofd heb, ben ik er ook niet meer vanaf te krijgen. Ik heb me verdiept in de stad en de club, heb de taal geleerd en ben daar nog steeds mee bezig. Ik heb er alles aan gedaan om me snel thuis te voelen. Dat is gelukt. Het vertrouwen dat de club in mij uitsprak door me direct een contract voor vijf seizoenen te laten tekenen, voelde heel goed. De mensen die ik hier ontmoette, de stad, de club, het sprak me enorm aan. Als je zo’n keuze maakt, hebben mensen daar een mening over. Vind ik prima, voor mij is belangrijk waarom ik deze stap wil maken, dat ik ervan overtuigd ben dat ik hier een betere speler wordt en dat mijn directe omgeving me steunt. Ik zie mezelf hier een sterkere speler worden, ik merk nu ook dat ik grote stappen maak.’
In Nederland is het Italiaanse avontuur van Schouten nauwelijks nog belicht. ‘Ik heb nog niet zo veel pers gedaan. Eigenlijk alles afgehouden. Bewust ja, eerst maar eens presteren.’ Schouten lacht erbij, hij weet dat hij momenteel hot is in Bologna. We spreken na het duel met Verona af elkaar op dinsdag in het historische centrum van de stad te treffen. Bologna bruist, de stad aan de voet van de Apennijnen is qua inwonertal de zevende van het land en ontwikkelt zich in rap tempo tot een toeristische trekpleister.
De universiteitsstad is het culinaire epicentrum van Noord-Italië. Op de vele pleinen in Bologna is het uitermate goed toeven. De Piazza Maggiore, waar de Sint Petroniusbasiliek inwoners en toeristen begroet, is Italiaanser dan Italiaans en kent vele aangrenzende steegjes. Het zijn schilderachtige straatjes, met piepkleine winkeltjes vol typisch Italiaanse producten, waar Italianen elkaar overenthousiast begroeten. Schouten heeft per app de locatie doorgegeven waar we hem treffen. Het zijstraatje van het grote plein heet de Via Pescherie Vecchie.
STADSLEVEN
Schouten valt direct op met zijn rossige hoofd tussen de over het algemeen donkerharige Italianen als hij het steegje inloopt. Zerocinquantello heet het tentje. Aan een tafeltje bij het raam laten we het Italiaanse stadsleven op een middag in januari aan ons voorbijtrekken. ‘Ik ben een stadsmens, we gaan binnenkort meer in het centrum wonen’, verklapt Schouten. Zijn vriendin is hem gevolgd naar de Italiaanse stad. ‘We waren nog niet eens zo lang samen, ik vind het prachtig dat ze het heeft gedaan. Voor haar was de stap misschien nog wel groter en gedurfder dan voor mij. Ze voelt zich thuis, we trekken veel op met twee Scandinavische spelers die ook hun vriendinnen mee hebben. Ze heeft nu ook een baan gevonden hier.’
Zijn vriendin is momenteel een huis aan het bezichtigen. ‘We hebben een prachtig huis hoor, misschien wel te mooi. Maar het is een stuk buiten het centrum, ik vind het er te rustig. En bovendien kun je niet de stad in met je auto als je er niet woont. Dan moet je aan de rand parkeren en de stad inlopen. Als je in de stad woont krijg je ontheffing.’
Schouten zoekt op de menukaart naar zijn favoriete bestelling. Op het moment dat hij met enige tegenzin besluit voor de bruschetta met mozzarella te gaan, vindt hij waar hij op uit was. ‘Die moeten we hebben, let maar op’, klinkt het. Even later staat er een uitgebreide plank met diverse soorten ham, smeerseltjes, verschillende stukjes kaas en warme broodjes op tafel. Eten en drinken in Italië is altijd een feest.
SPINAZIE
In de stad waar de welbekende bolognesesaus zijn oorsprong kent, is dat niet verwonderlijk. Wandelend door de stad wordt de inwendige mens uitgenodigd zich tegoed te doen aan de vele lekkernijen. ‘Maar ik hou me in’, klinkt het haast verontschuldigend. ‘We koken ook zelf, hoor. Vanavond staat er gewoon spinazie op het menu.’ Het doet denken aan de onthulling die Schouten ooit deed dat hij op de wedstrijddag altijd pannenkoeken eet. Hij bekende dat hij verslaafd is aan die lekkernij. ‘We hebben op de club een kok die alles klaarmaakt wat je wil. Nee, ik heb nog niet om pannenkoeken gevraagd. Ik eet ze wel, ik kan niet zonder. Ze zijn gewoon te koop in de supermarkt en de stroop is meegekomen uit Nederland. Alleen niet op de ochtend voor een wedstrijd, zoals ik altijd deed. We zijn hier met de spelersgroep bij elkaar vanaf een dag voor de wedstrijd. Ik ben nog niet in de positie pannenkoeken te eisen, eerst nog wat meer basisplaatsen.’
Schouten kan rustig in een steegje in Bologna zitten zonder te worden aangeklampt. ‘Dat doen ze heel goed hier. Ze laten je met rust. Ik heb al een aantal keer gemerkt dat ze eigenlijk pas bij het afrekenen iets vragen of tegen je willen zeggen. Ik kende ook de verhalen van voetballers in Italië die door supporters worden aangesproken, maar het is hier gewoon heerlijk relaxed. Heeft ook met de stad en de club te maken. De Amerikaanse eigenaar Joey Saputo is een ontzettend aardige man, ik heb hem wel een aantal keer gesproken. Hij is geen type eigenaar die roekeloos investeert en spelers op naam haalt. Je ziet dat Bologna veel jongere voetballers scout, echt jongens voor de toekomst haalt. En die zullen ze natuurlijk ook ooit weer willen verkopen. Het bevalt me gewoon goed. Hoewel de beginperiode best wennen was.’
`De Italiaanse competitie wordt echt onderschat`
Schouten verwijst naar de eerste maanden. ‘Het was aanpoten. Ik heb trainingssessies meegemaakt waarin we alleen maar een het lopen waren. Bergop, bergaf, sprinten, duurlopen, inhoud kweken. Loeizwaar. Zo leggen ze hier de basis. Dat was een verschil, ja. Wat wij in Nederland doen, is daar helemaal niks bij. Ik had nog nooit zo hard getraind en was blij dat we eindelijk wedstrijden gingen spelen, maar ik was vijf minuten bezig in het eerste oefenduel en ik liep een knieblessure op. Dan word je wel even gek, ja. En nu?, dacht ik direct. Natuurlijk ga je aan je herstel werken en natuurlijk heeft de club me daar geweldig bij geholpen, maar je ziet wel even alles wat je voor ogen had aan je voorbijtrekken. Ik wilde direct indruk maken, me bewijzen. Want ik was maar een speler van een Nederlands clubje, niet iedereen kende me. Ik was nieuwsgierig, maar de mensen hier ook naar mij.’
UITZONDERLIJKE TALENTEN
Schouten moest geduld hebben, dat hij van nature niet heeft. ‘Maar ik snap heus wel hoe het werkt. Ik dacht wel even direct te gaan spelen, omdat ik wil voetballen. Dat is wat ik het liefst doe. Maar zo werkt het niet. Ik moest sterker worden. Ik merkte het ook op trainingen. Ik was toch dat iele mannetje uit Nederland. Vergis je niet, hè, hier ben ik ook gewoon weer een jonge speler. In Nederland is 23 al oud, maar hier begint het dan pas. Kijk hoeveel echt jonge spelers in Italië aan hun wedstrijden komen, dat zijn alleen de uitzonderlijke talenten. Dit is pas mijn derde seizoen als volwaardig profspeler in een eerste team. Eigenlijk heel vreemd. Ik sta er niet eens meer bij stil, maar als je er zo over nadenkt is het best bijzonder.’
Drie jaar echt prof en een vaste waarde in de Serie A. ‘Het voelt alsof het nu allemaal echt begint’, geeft hij toe. ‘Ik ben ook echt sterker geworden, kan het nu langer volhouden. Natuurlijk heb ik moeten wennen. Niet alleen aan de trainingen, ook aan de manier van spelen, aan het leven.’ De stap van Excelsior naar Bologna is in alle opzichten levensgroot, de Serie A is een compleet nieuw podium. ‘Ik denk dat ik in Italië kan groeien, het ligt me wel hoe ze hier denken en doen. De Italiaanse competitie wordt onderschat, dat vind ik echt. Er zitten geen makkelijke wedstrijden bij. Als je in Nederland een kleine nederlaag lijdt tegen Ajax of PSV, kan een trainer zeggen dat hij tevreden is. Dat is hier uitgesloten; met 1-0 verliezen is een nederlaag, het maakt niet of dat tegen Juventus of Inter is of tegen een laag geklasseerde ploeg. Verliezen is verliezen. Die benadering staat me wel aan.’
`Als je het hebt over een mensenleven en de strijd van iemand tegen een ziekte dan is voetbal plotseling slechts een spelletje`
Bologna kent een wisselvallig seizoen. Er zijn redenen aan te voeren, zoals de ziekte van trainer Sinisa Mihajlovic. De vroegere vrijetrappenkoning van de Serie A vecht tegen . Natuurlijk heeft zijn situatie invloed op de selectie. ‘Het is moeilijk aan te geven hoe precies, maar we hebben het erover in de kleedkamer. Iedereen is ermee bezig. Dit raakt je enorm.’
Praten over zijn trainer doet Schouten zichtbaar wat. ‘Het is vreselijk, zo oneerlijk ook. Ik kende hem nog maar pas, maar dit komt aan. Nooit ziek geweest en dan ineens getroffen door die vreselijke ziekte. Een boom van een kerel, oersterk, en dat straalt hij ook echt uit. Hij zou die vrije trappen nog zo graag het doel in jagen. Mihajlovic is fysiek en mentaal beresterk. We zijn bij hem geweest in het ziekenhuis. Direct na een wedstrijd, dat zijn emotionele momenten. Hij wil dolgraag bij ons zijn, helaas kan dat niet altijd, maar dan heeft hij de hulp van goede assistenten. Het is aangrijpend en mooi tegelijk. Als je het hebt over een mensenleven en de strijd van iemand tegen een ziekte, dan is voetbal plotseling slechts een spelletje.’
0
|
Donderdag 6 februari 2020 om 18:59 uur |
Nu online
fcdh17, Langebach2, rh_vakm, Lellow, Alle ballen op Jort, MikeDH en 92 gasten.
Zoek in shoutbox
Spelersklassement
Laatste wedstrijd
Volgende wedstrijd
Advertentie
Keuken Kampioen Divisie
1 | Helmond Sp. | 12 | - | 27 |
2 | Den Bosch + | 12 | - | 24 |
3 | Excelsior | 12 | - | 23 |
4 | Graafschap | 12 | - | 22 |
5 | FC Volendam | 12 | - | 22 |
6 | FC Dordrecht | 12 | - | 22 |
7 | FC Emmen | 12 | - | 18 |
8 | Telstar | 12 | - | 18 |
9 | SC Cambuur | 12 | - | 16 |
10 | Roda JC | 12 | - | 16 |
11 | ADO Den Haag | 12 | - | 15 |
12 | FC Eindhoven | 12 | - | 15 |
13 | Jong PSV | 12 | - | 14 |
14 | Jong AZ | 12 | - | 14 |
15 | Jong Ajax | 12 | - | 12 |
16 | TOP Oss | 12 | - | 12 |
17 | MVV Maastr. | 12 | - | 11 |
18 | VVV-Venlo | 12 | - | 8 |
19 | Vitesse -6 | 12 | - | 5 |
20 | Jong Utrecht | 12 | - | 5 |